Laos: July 2004

 

Vientiane via Luang Prabang to Huay Xai.

Laos is een van de minst ontwikkelde landen van Azië. Dit is niet perse slecht nieuws, aangezien ik verwacht dat er vrij weinig verkeer zal zijn, maar de wegen zijn schijnbaar ook navenant. Laos heeft trouwens het dunste wegennet ter wereld, waarvan slechts 16% geasfalteerd is.
Als je een kaart van het land neemt, zie je dat er inderdaad praktisch geen wegen zijn. Een, “Highway” 13 die van noord naar zuid loopt, en voor de rest enkele zijarmen die van west naar oost lopen. Het land is 235.000 km2 groot en bestaat voor meer dan 70% uit bergachtig gebied. 2/3 van het land wordt bedekt door een dichte jungle waar dwergpanda’s, luipaarden, Aziatische zwarte beren, verschillende soorten herten, tijgers, Sumatraanse neushoorns en civetkatten thuis zijn (of waren, ondertussen). Er wonen 5,5 miljoen inwoners, waarmee het een van de dunst bevolkte landen in Azië is.
80% van de bevolking leeft van landbouw en visvangst. Laos is nog steeds een van de armste landen ter wereld met een gemiddeld jaarinkomen per inwoner in 2001 van 263 USD (!) (in 1998 nog 370 USD).

In ‘t kort de geschiedenis van Laos:
– 10.000 jaar geleden: Eerste migratie naar Laos.
– 1893 – 1897: Enkele Frans-Siamese (Thaise) verdragen gaven de Fransen de macht over alle gebieden ten oosten van de Mekong.
– 1941-1945: WWII, De Japanners bezetten Indochina.
– 1953: Een Franco-Laotiaans verdrag geeft volledige onafhankelijkheid aan Laos.
– 1964: De Vietnam-oorlog trekt ook Laos binnen en de Verenigde Staten beginnen hun geheime oorlog in Laos, tegen de Genève-conventies in die de onafhankelijkheid van Laos erkennen en elke militaire aanwezigheid, laat staan actie daar, verbieden. Geen probleem voor de Amerikanen, die in het geheim de Ho Chi Ming trail en het oosten van het land plat bombarderen. In Vietnam was er een overeenkomst dat er niet gebombardeerd mocht wordt in een straal van 500 m rond een tempel, in Cambodia was dat 1 km. In Laos waren de piloten vrij om tempels, ziekenhuizen of eender welk gebouw te treffen. Er werden boven Laos 1,5 keer zoveel vluchten uitgevoerd als boven Vietnam, in totaal 580.994. Tegen eind 1973 hadden de Amerikanen elke 8 minuten 1 vliegtuiglading bommen gelost boven Laos, 24 uur per dag, negen jaar aan een stuk. 1,9 miljoen ton. ofwel 10 ton per vierkante km ofwel meer dan een halve ton voor elke man, vrouw en kind in Laos waarmee Laos de twijfelachtige eer heeft het meest gebombardeerde land per hoofd van de bevolking te zijn in de geschiedenis van oorlogvoering…
Niemand heeft zich moeten verantwoorden (wat dacht je … Amerikanen …. ).
– 1973: Wapenstilstand, maar het land is naar het stenen tijdperk gebombardeerd, de bevolking uitgemoord of gevlucht.
– 1975: Na de val van Saigon in Vietnam trekt de “Pathet Lao” Vientiane binnen en installeren een communistische regering. De Officiële naam van het land wordt Lao People’s Democratic Republic (LPDR).
– 1975 – 2000: Harde economische hervormingen leiden ertoe dat 10% van de bevolking op de vlucht slaat. 

Laos heeft een radio station en twee tv-kanalen die enkel te ontvangen zijn in de Mekong-delta en uitzenden van 19 tot 23 uur (wat normaal is aangezien in de meeste plaatsen maar elektriciteit is tussen 18 en 22 uur). 

Terwijl de Thai en de Cambodianen momenteel in het jaar 2547 leven, zijn we volgens de Laotiaanse Buddhistische kalender reeds in het jaar 2642.
Op 8 maart vieren ze hier “Lao Women’s Day” wat een public holiday is, maar enkel voor de vrouwen . 

Vanuit Thailand rij ik recht naar de hoofdstad Vientiane, met slechts 140.000 inwoners.

Vrijdag 16/07/04:
—————
Een bloedhete dag, tegen de 40 graden. De dag dat ik meer dan een miljoen kippen kocht !

In de voormiddag heeft een lokale Thai eerst mijn ketting nog gesmeerd, en ben ik nog wat gaan bunkeren alvorens Laos in te trekken; shampoo, zonnecrème, wc-papier, etc … Ondertussen keek ik nog wat uit of er niet ergens een normaal t-shirtje hing.
Die hebben ze wel, maar veel te klein natuurlijk. Het was me al wel opgevallen dat de Thai altijd verzuipen in de voetbaltruitjes die ze aanhebben. Dus … een sportwinkeltje binnengestapt en ….. Koenie rijdt voortaan (incognito) door Laos met een rood Deens en grijs Italiaans voetbaltruike …
In Nong Khai nog ne chocomelk gedronken en een stuk witte chocolade gegeten, want ‘k weet niet of dat er de komende weken nog in zal zitten (denk het wel in het noorden van Laos).
En dan naar de Friendship Bridge om Thailand uit en de Lao People Democratic Republic in te rijden, ook wel eens “The Land of a Million Elephants” genoemd. Een beetje spijtig want het begon juist zo te vlotten met mijn Thais…
Op minder dan 5 minuten was ik voorbij de Thaise douane, de brug op.
Heel bizar, dit is de enige brug, en er is geen verkeer. Een busje met wat locals reed van Thailand richting Laos, en in de andere richting ben ik twee vrachtwagens gepasseerd. En ik dacht bij mezelf …… ziet ‘m hier rije met zen velooke… Dat dachten die Laotiaanse truckers blijkbaar ook, want ze blaasden me bijna de Mekong in met hun claxons !!
In Laos is het terug aan de rechter kant van de baan rijden, dat wordt weer even wennen na 2 maanden Thailand.
22 km voorbij de brug kom je in de hoofdstad Vientiane, met slechts 140.000 inwoners de grootste stad van het communistische Laos.
Laos is ongeveer even groot als Groot Brittanie, maar heeft slechts 8% van haar inwoners ! Ik heb hier al wat rondgetoerd, en Vientiane is een fantastisch stadje, vele, keitoffe restaurantjes en barretjes, mooie hotelletjes, alleen iets meer toeristen als ik verwacht (gehoopt) had.
Men eerste Beer Lao gedronken toen ik de stad binnenreed, voorwaar een goei pintje !
In Laos kan je maar best drie soorten geld bijhebben, US Dollars voor grotere aankopen en de meeste hotels, Thaise Baht voor in de dorpjes langst de grens, en natuurlijk ook de lokale munt. De 5.000 Baht (4.500 bef) die ik wisselde, zadelde me met 1.324.000 Kip op. Heelder stapels geld laadde ik achterop de fiets, in een plastic zak onder de snelbinder 😉
Ik ben vandaag dus eindelijk miljonair geworden !
Ik heb onderdak in een schoon plaatske, met satteliet tv, en ga nu Tour de France kijken. Je weet nooit dat den Ullrich kan stunten tegen Armstrong he !

thailandeinde1 169 (1)

thailandeinde1 173 (1)

Zaterdag17/07/04:
—————-
Op m’n dode gemakje heb ik Vientiane een beetje verder verkend. Buiten de gezellige sfeer valt hier trouwens niet zo heel veel te beleven. ‘s Middags heb ik gegeten in Khob Chai Deu Food Garden waar in 2000 nog een terroristische aanslag werd gepleegd en enkele toeristen en Laotianen gewond werden.
De dag erna waren ze wel gewoon terug open. In de namiddag ben ik naar de twee grootste bezienswaardigheden geweest. De Patuxai is de Laotiaanse versie van de Arc de Triomphe. Het is in de jaren 60 gebouwd met cement dat door de Amerikanen werd geleverd. Ze werden geacht er een nieuwe luchthaven van te bouwen, maar ‘t werd dus dit. Veeeele beter. Vandaar ook de bijnaam van het monument “the vertical runway”. Juist zoals in Parijs loopt er een grote boulevard met 4 rijstroken aan elke kant naar het monument, alleen …. hier zijn er bijna geen auto’s, en je kan er op je gemakje met de fiets over cruisen. Alles is echter wel mooi onderhouden. Dat is zowizo (en in tegenstelling tot wat ik verwachtte) de indruk die ik heb van Vientiane, dat het allemaal wat properder is dan in Thailand. Normaal kan je op de Patuxai op en heb je een mooi uitzicht over de stad, maar ze wordt momenteel gerenoveerd met geld van China, dus nu even niet …
Dan maar doorgereden naar de grootste attractie, de “Pha That Luang”, een enorm grote gouden stupa. Het is zowel een symbool van de Laotiaanse soevereiniteit als van hun Boedhistisch geloof. Naast de stupa staan nog enkele wats (tempels).
Het gebouw is 68 x 69 m groot en 45 m hoog, en lijkt van ver vooral op een lanceerbasis voor raketten. ‘s Avonds heb ik nog een overheerlijk pizza gegeten en wilde ik mezelf verwennen met een caraf rode wijn maar ….. die was op.

Kan gebeuren.
Gelukkig was er nog witte.

thailandeinde1 157 (1)

Zondag 18/07/04:
—————–
Ik had graag nog een dagje langer in Vientiane gebleven, maar het guesthouse was volgeboekt voor vanavond (hadden ze mij ook al netjes voor gewaarschuwd toen ik eergisteren incheckte), en nu alles inpakken en nog iets anders gaan zoeken voor een nacht, daar had ik ook geen zin in.
Om 06u30 uit bed en om 07u30 zat ik op de fiets. Voor ik Vientiane uitreed heb ik nog 2 baguettejes gekocht voor onderweg.
Dat is een zalige erfenis van de Fransen die hier zolang gezeten hebben, de baguettejes die ze hier nog altijd op elke straathoek verkopen.
Via weg nr. 10 reed ik naar het noorden, naar het Ang Nam Ngum meer. Na een vijftiental km wordt de weg echt rustig en rij je tussen de rijstvelden door waarop hard gewerkt wordt nu, in het regenseizoen. Na 25 km kwam ik aan een tolbruggetje maar met de fietst mocht je er zo over. Weg nr. 10 is officieel wederom een “higway”, maar is eigenlijk amper breed genoeg om 2 bussen te laten kruisen, en voert de hele tijd door typisch Laotiaanse dorpjes. Als dat nog kan, dan zijn ze hier nog vriendelijker en blijer je te zien als in Thailand. Terwijl het in Thailand vnl “hello” was dat ze je toeriepen, of het plaatselijk “sawatdie-ee” (die laatste ie heeeeeeel lang aanhouden !), hoor je hier amper “hello” (weinig of geen tv-invloeden ??) maar enkel het Laotiaanse “Sabaidee-ee”.

thailandeinde1 175 (1)

thailandeinde1 176 (1)

thailandeinde1 177 (1)

thailandeinde1 178 (1)

Na 46 km kwam ik al een eerste guesthouseje tegen, maar daar was het nog veel te vroeg voor. Ook na 64 km, juist voorbij de afslag naar de “Vientiane-zoo” heb je enkele guesthouses.
Om de rit van morgen overbrugbaar te maken moest ik toch nog een beetje verder rijden. Na 85 km kreeg ik de eerste klim voorgeschoteld, een kleine 3 km recht naar boven, en dan, om bij het stuwmeer te geraken, nog een hele, hele zware klim. Het uitzicht bovenop was echter meer dan de moeite waard. Alle vroegere heuvels die nu kleine eilandjes vormen, heel mooi. ; Het dorpje beneden was van het armste dat ik tot nu toe gezien heb. Nu is Laos over het algemeen armer dan Thailand, maar dit was echt triestig. Allemaal kleine barakjes van golfplaten, vervallen, heel vuil, …
Ik kon ‘s avonds zelf nog wel vrij redelijk slapen, maar ‘t was toch een droevige aanblik.
Toen ik in het dorpje met veel gebaren probeerde uit te vissen waar ik kon slapen kwam er een Laotiaan bij me staan die er veel verzorgder uitzag dan de anderen en wel Engels sprak.
Het waren Laotianen die in Canada woonden, en hier voor zes weken op familiebezoek waren. Ze waren vanuit Vientiane naar hier gekomen met een busje om iemand te bezoeken die op een van de eilandjes leefde.
Ze hadden een bootje gecharterd om hen daarheen te brengen en ze vroegen of ik niet mee wilde varen, dan kon ik het daar ook eens zien. We zouden max. een uurtje wegblijven. Effe twijfelen, want ik stond daar nog met fiets en bagage, maar daar zou een van de locals wel op passen. Het risico maar genomen, en mee de boot op.

Op een van die eilanden blijken ze gevangenissen gebouwd te hebben, een aparte voor mannen en een voor vrouwen, en de nonkel was daar cipier (als ik het allemaal een beetje begrepen heb). Na 2,5 uur (tijd is heeeel rekbaar in Azie) waren we terug, en ja hoor ….. fietsje en bagage stonden nog mooi waar ik ze achtergelaten had.
‘s Avonds in een super-smerig restaurantje iets gegeten. Nu maar hopen dat daar de komende dagen geen problemen van komen. 98 km gefietst.

thailandeinde1 183 (1)

thailandeinde1 185 (1)

thailandeinde1 192 (1)

thailandeinde1 198 (1)

Maandag 19/07/04:
——————
Vandaag nog een uurtje vroeger op de fiets als gisteren, want ik kreeg het op het einde wel heel kwaad met de hitte, en de rit van vandaag zou nog 10 km langer worden.

En heuvelachtiger.

Mezelf terug die berg overgesleurd, route 10 op. De eerste 20 km, voor je op de hoofdverbinding tussen noord en zuid Laos komt, weg 13, heb je nog vele mooie guesthouses en hele gezellige, proper uitziende eetgelegenheden.
Hoe anders dan aan het meer.

Ook route 13 blijft verbazend kalm. Hier echter geen noemenswaardige slaap- of eetgelegenheden meer. De weg worstelt zich door pittoreske dorpjes, met steeds weer die enthousiaste kinderen.
En wanneer ze nog te jong zijn om zelf iets te roepen neemt een van de ouders het handje van de baby en roept met een kinderstemmetje “sabaidee” !!!
Na 75 km hield ik het voor bekeken.

Het was weeral 12 uur, en echt bloedheet en geen plekje schaduw om in te rijden.
Je wordt echt geroosterd met die snikhete weg onder je en die zon pal boven je. Het brandde zo dat het niet gezond meer was denk ik, dus de eerste de beste bus op om de laatste 35 km naar Vang Vieng te overbruggen. Ik heb vandaag wel de 2.000ste km gerond.
Mijn fiets werd op de bus gelegd bovenop een hoop andere rommel, en ik met de bagage in een reeds overvolle bus (als enige falang). En maar lachen die Laotiaantjes, die vonden het wel spannend zo een gekke, bezwete blanke op hun bus. Het gangpad lag ook nog vol met zakken, dozen en mensen. Iedereen schoof nog een beetje op en van achterin de bus kwam een klein plastic krukje naar voor waar ik op moest gaan zitten.
In pole-position naar Vang Vieng dus. Het zou de meest waanzinnige rit van men leven worden !!
Alle ritjes in Vietnam verleden jaar waren er niets tegen. Sandra Bullock in Speed was er niets tegen ! Een echte rollercoaster-ride. Ik weet niet of de chauffeur het deed om stoer te doen omdat ik op zijn bus zat, of dat het de normaalste zaak van de wereld was, maar de snelheid waarmee hij de bus door die bochten leidde, bergop en bergaf … nooit meegemaakt. Vaak dacht ik deze bocht haalt hij niet, of als we in de bocht zaten “nu moeten we wel kantelen”, maar … wonderwel haalde de krakkemikkelige bus het steeds.
Dit rijgedrag verbaasde me, want ik had de indruk dat de bussen die mij steeds passeerden best gediciplineerd reden. Ik keek of en toe eens achterom in de bus, maar de meesten lagen zoals altijd te slapen, en enkele staken hun duim omhoog, die leken zich wel te vermaken. Je schoof echt van links naar rechts, en ik maakte me echt wel zorgen of mijn fiets het zou houden op het dak. Ik had niet echt opgelet hoe ze hem vastgemaakt hadden, maar lang had het in elk geval niet geduurd. De chauffeur scheurde maar door, door die dorpjes waar kindjes langs weerskanten van de baan aan het spelen waren, tegen meer dan 100 km/u met max. een meter speelruimte tussen zijn wielen en de kinderen. Hier moeten toch ooit serieuze accidenten van komen !?
In Vang Vieng bleek de fiets gelukkig nog op het dak te liggen, enkel mijn fles water was gaan vliegen. nbsp; Ik heb me een goede plaats voor de nacht gezocht en het dorpje een beetje verkend.
Vang Vieng ligt heel mooi tussen de bergen, aan de Nam Song rivier, maar wordt compleet overspoeld door toeristen van het ergste soort. De would-be wereldreiziger met z’n lonely planet boekje die hen in heelder hordes over hetzelfde “off-the-beaten-track” naar dezelfde “unieke” plaatsjes brengt.
Ze zijn verschrikkelijk. Elke 3 woorden moet het woordje “cheap” uit hun mond rollen, want daar draait alles rond.
Bestaat er een tof guesthouse voor 3 dollar, dan is het toch veel “cooler” om voor 2 dollar in een hok te gaan liggen. Ze moeten er ook allemaal bijlopen als would-be Jezussen. Allemaal dezelfde sandaaltjes en die verschrikkelijk pofbroek aan. Denken ze dat ze zich zo integreren in de lokale cultuur of zo ?? Ik heb nog nooit een Laotiaan of Thai er zo bij zien lopen.
Waarschijnlijk zit er een kortingsbon voor dat soort broeken in de lonely planet.
In Vang Vieng is het echter nog vreselijker als op andere plaatsen. Hier hebben alle restaurants een aantal tafels om aan te liggen, wat ze dan ook allemaal doen, half stoned heelder dagen naar een film kijken.
Het voordeel hiervan is dat je niet meer dan 500 m het dorp uit moet gaan om van hen vanaf te zijn, want mobiel zijn ze niet echt, dit volkje.
Vang Vieng, mooi plaatsje, fout volk.

thailandeinde1 207 (1)

Dinsdag 20/07/04:
——————
Een rustdag. De was afgegeven aan het guesthouse.
Ik ben een eindje teruggefietst richting Vientiane, het stukje dat ik gisteren met de bus gedaan heb, een aantal van de grotten bezocht waarvan er hier zoveel zijn. Op een of andere manier vallen grotten altijd een beetje tegen vind ik.
Lekker gegeten in een van de enige restaurantjes zonder “ligtafels”.
‘s Avonds waren er in het guesthouse 2 Nederlanders, Jesse en Gijs, toegekomen die ook met de fiets naar het noorden reden.

thailandeinde1 213 (1)

thailandeinde1 216 (1)

thailandeinde1 217 (1)

Woensdag 21/07/04:
——————-
Het overgrote deel van de andere toeristen doet hier, als ze al iets doen, aan tubing. Dat is met een binnenband een stukje van de rivier afvaren.
Ik ben vandaag met enkele anderen gaan kayaken.
Na een half uurtje gingen we reeds terug aan land om een grot te bezoeken.
De ingang lag in het water, wat door de hevige regenval van de laatste dagen heel hoog stond. Er was juist plaats genoeg voor je hoofd tussen de waterspiegel en “het dak” van de grot. Steeds verder gingen we in de grond, wat toch redelijk beangstigend is met slechts 40 cm speelruimte om te ademen, zeker als je gedachten krijgt dat hier overal stuwdammen staan, en wat als ze daar nu eens de kraan openzetten ?

Na een tijdje klommen we omhoog uit het water, en moest je je op je buik verder slepen door een lange tunnel die daar maar net hoog genoeg voor was. En weer het water in, en weer zo’n kruippartij. ; Ondertussen zie je reeds behoorlijk smerig. Gelukkig had de gids mij eruit gekozen als zijn rechterhand en had ik van hem zo’n mijnwerkerslamp gekregen voor op m’n hoofd en moest ik achteraan blijven, maar zo zag ik toch iets. We waren nu al zeker 45 minuten verder en verder die berg in aan het kruipen, en de gedachten van dat stijgend water lieten me toch niet volledig los.

Wat deed ik hier eigenlijk ?

Ik was blij toen ik na meer dan een uur, onder het slijk en onder de schaafwonden die grot uitkwam.
Dit hadden ze niet op voorhand verteld en ik vraag me af of ze nooit in problemen komen met mensen die angstaanvallen krijgen of gewoon ….. er niet doorgeraken ?
In het dorpje aan de grot lunchten we. In het “restaurantje” hadden ze een hele hoop (nog levende) vleermuizen in een bundel aan een touwtje hangen. Het is, denk ik, vreselijk voor een vleermuis om in de vlakke zon te hangen, en het lijkt me nog vreselijker om ze te moeten eten, wat ze hier dus doen.
Er volgden nog enkele aangename uurtjes kayaken over de Nam Song rivier, met enkele interessante stroomversnellingen.

thailandeinde1 221 (1)

thailandeinde1 236 (1)

Donderdag 22/07/04:
——————–
Tijd om het verschrikkelijke Vang Vieng te verlaten.
Het gebied ten noorden van Vang Vieng wordt door de Laotianen en door verschillende ambassades als “gevaarlijk” omschreven wegens de aanwezigheid van actieve H’mong guerillas, en er wordt aangeraden om in konvooi en enkel overdag te reizen.
De H’mongs zijn een van de grootste bergstammen die verspreid leven in de Noordelijke gebieden van Thailand, Laos, Vietnam en in de Zuid-Chinese provincie Yunnan. In al deze landen worden ze als 2de rangsburgers behandeld en blijven ze grotendeels verstoten van essentiêle zaken zoals gezondheidszorg, onderwijs, etc … Ze worden steeds verder teruggedrongen in kleinere gebieden door de overheid. Route 13 loopt echter door een van de spectaculairste berggebieden van Zuid-oost Azië, en is dus niet te missen.
Samen met de 2 Nederlanders vormen we wel een konvooi, en na een stevig ontbijt vertrokken we uit Vang Vieng voor een rit van 60 km naar Kasi. Na 28 km hadden we een klimmetje van 7 km, maar dat is maar een opwarmertje voor wat morgen komt.

thailandeinde1 239 (1)

Vanaf km 40 daalt de weg weer tot in Kasi, een vrij troosteloos dorpje langs route 13, waar de schaarse vrachtwagens die tussen Vientiane en het noorden rijden halt houden om een hapje te eten of om eventueel te overnachten.
We waren reeds rond de middag ter plaatse en namen een noodle soepje als lunch.
Aangezien er niet echt regelmatig Westerlingen stoppen hier, is er ook niet veel meer voor handen (of je moet voor wat rijst met kip gaan, gevaarlijk in deze tijden hier). Slapen deden we in het enig guesthouse, een groot gebouw, onderverdeeld in allemaal “cellen” met een bedje en een (koud water) douche.

‘s Avonds werd het opnieuw een vegetarisch noodle soepje en gingen we op tijd naar bed want morgen staat er iets plezant op het programma.

thailandeinde1 240 (1)

thailandeinde1 244 (1)

Vrijdag 23/07/04:
—————–
Vandaag rijden we echt de bergen in. Een ritje van 45 km naar Phu Khun. De eerste 8 km zijn nog vrij vlak, maar dan begint de klim. 21 km lang naar Vieng Kham waarin we van 400 naar 1.420 m stijgen.
Vanaf 8 uur zaten we in het zadel, na eerst een vegetarisch noodle soepje als ontbijt binnengespeeld te hebben.
Van zodra we de bergen inreden zagen we de eerste guerilla’s. Je ziet ze in de omgeving van dorpjes op straat lopen in kleine groepjes, soms alleen, steeds zwaar bewapend met indrukwekkende machinegeweren. De meesten van hen zeiden vrij enthousiast goeiedag als ze ons zagen. Het viel ons wel op dat we, hoewel het al 9 uur voorbij was, nog steeds geen enkele vrachtwagen of bus tegengekomen waren.
Ondertussen reden we door mooie dorpjes, met mooie mensen, houten hutjes, en mensen met manden op hun rug die terugkwamen uit de bergen, waar ze hout gaan kappen waren of op het veld gaan werken.

thailandeinde1 245 (1)

thailandeinde1 253 (1)

Kindjes spelen hier, nog voor ze kunnen lopen, met grote kapmessen. Het verkeer blijkt inderdaad in konvooi door de bergen te trekken. Rond 10 uur kwam ons een groepje vrachtwagens voorbijgereden, een hoop giftige dampen uit hun oude Russische motors uitbrakend.
Even later uit de andere richting enkele toeristenbusjes vanuit Luang Prabang naar Vang Vieng of Vientiane, met een hoop versufte gezichten achter de ramen.
We klommen hoger en hoger, en de kindjes die je soms al bijna vanop een kilometer zien aankomen alarmeren het hele dorp tegen dat je daar bent en vormen bijna een erehaag waar je doorheen moet, de handjes houden ze uitgestoken om ze even aan te tikken.
Als ze te laat zijn komen ze luid Sabaidee !!! roepend uit hun hutje gerend en zijn ze echt zielsgelukkig als je iets terug roept.
Heel arm allemaal, soms lopen ze zelfs naakt rond, maar niet ondervoed.
Na 1/3 van de klim stopten we om nog een hapje te eten, want heel veel energie hadden we niet gehaald uit de voorbije 3 maaltijden.
We vonden een plaatsje waar onder een immens groot afdak een klein kookhoekje was en een partij boxen die in de gemiddelde Vlaamse discotheek niet zou misstaan. Waarschijnlijk komen ze hier vanuit de bergens ‘s avonds karaokeeën, het enige vermaak dat ze hier kennen, en op plaatsen met elektriciteit zitten ze ook al van ’s morgens vroeg naar dat soort dvd-tjes te kijken.
Tot onze grote verbazing hadden ze ook een Engelstalige menukaart. Zoals zo vaak in Laos zoek je iets uit, en als je dan bestelt krijg je dan “no have” te horen. Oke, iets anders dan, maar ook “no have”.
Uiteindelijk konden we noodles met fried vegetables bestellen.
We kregen rijst met alle soorten vlees en vis door elkaar. Spek, rundsvlees, kip, iets wat op inktvis leek, nog een paar mysteries ertussen door. Moet kunnen hier.
We hebben de rijst er een beetje tussenuit gegeten, en zijn weer gaan fietsen.
Tegen iets van een 7 km/u, en dik 2 uur later stonden we boven. Het weer was intussen volledig omgeslagen en in een combinatie van regen en een potdichte mist klommen we het overgrote deel naar Vieng Kham.
Misschien niet het slimste idee om een pas in zo’n omstandigheden te beklimmen, maar terugdraaien zei ons ook niets. Aan de ene kant was het spijtig dat je niets van de naar verluid schitterende omgeving kon zien, maar anderzijds creëerde de mist ook een mystieke sfeer, vooral in de hoger gelegen dorpjes.
Na de top volgt nog een kleine afdaling en een klimmetje naar de eindbestemming voor vandaag, Muang Phu Khun.

thailandeinde1 261 (1)

thailandeinde1 264 (1)

thailandeinde1 266 (1)

thailandeinde1 267 (1)

thailandeinde1 275 (1)

We zitten hier in de streek waar nog steeds volop opium verbouwd wordt. Dit is ook een van de pijnpunten tussen de H’mong (die hier goed aan verdienen) en de regering (die dit onder druk van de internationale gemeenschap probeert te ontmoedigen). Langs de weg zie je het niet zo vaak meer, maar naar verluid heeft elke local nog z’n eigen veldje ergens aan de andere kant van de berg.
Het enige guesthouse in het dorp gaat door voor het smerigste in Laos. Of het inderdaad zo is weet ik niet, maar het zou er zeker voor kunnen doorgaan.
Een smerig hok, een smerig bed met natuurlijk een hele biotoop daaronder. Dat werd dus weer de lakenzak en het muskietennet bovenhalen.
In Muang Phu Khun, en vele andere dorpen in de bergen is er geen stromend water. De mensen plaatsen hier een oud olievat onder hun dak en wassen zich daar met regenwater, op straat.
Ons guesthouse had een leiding naar binnen getrokken waar het water vergaard werd in een grote bak, dat je dan met een klein bakje over je heen kan scheppen om te douchen. Dezelfde bak water werd ook gebruikt om … je weet wel, als ze naar het toilet geweest waren (geen afvoer = geen wc-papier).
De kamers waren zo smerig dat we onze zakken er weggesmeten hebben, de fiets geparkeerd en maar op verkenning gingen in het dorpje.
Muang Phu Khun ligt op de kruising van Highway 13 maar het noorden en Highway 7 naar het oosten. Ook dit is dus weer een stopplaats voor de zeldzame trucker.
In een zaakje aten we een noodle soepje, klaargemaakt op een houtvuurtje. Op het marktje kochten we een stengel suikerriet (stuk eraf buiten, sap eruit kauwen en spuugen maar !), de plaatselijke energiebommen.
Om kwart na zeven sprong de elektriciteit aan.

Nog eens noodle soep voor diner was uitgesloten, dus gingen we voor sticky rice met groenten. Uit een grote bak graaien ze dan met hun vieze handen een homp rijst voor je. De groenten waren groene …… ja …… iets wat op een kruising van blaren en gras leek. Niet lekker.
Na enkele Beer Lao’s trokken we een beetje tegen onze goesting naar ons hok. Toen ik nog een beetje bij Gijs en Jesse op de kamer zat, zag Gijs een rat vanonder het bed naar buiten spurten.
De eigenares maakte er geen probleem van, ze was immers toch naar buiten gelopen.

De centimeters hoge spleet onder de deur zou echter niet beletten dat ze later terug de andere kant op zou komen….
Alle zakken werden aan een gammel kapstokje gehangen om te vermijden dat er gaten in gebeten zouden worden.
Slaapwel !

thailandeinde1 277 (1)

thailandeinde1 279 (1)

thailandeinde1 283 (1)

thailandeinde1 285 (1)

thailandeinde1 286 (1)

thailandeinde1 288 (1)

thailandeinde1 289 (1)

thailandeinde1 290 (1)

thailandeinde1 291 (1)

Zaterdag 24/07/04:
——————-
130 km scheidde ons nog van Luang Prabang en met naar verluid geen overnachtingsmogelijkheden onderweg beloofde het een sadistische rit te worden.
De hele nacht heb ik wakker gelegen, de minuten aftellend en om 05u30 was ik uit bed en om 06u00 stond ik klaar om te vertrekken. Jesse en Gijs dachten dat we om 06u30 zouden opstaan.
Kan ook zijn, ik wilde echter uit dat hol en observeerde hoe het dorpje ontwaakte. Van ‘s ochtends vroeg is het al een drukte van jewelste (hoe zou je zelf zijn als je op een plank slaapt, dan blijf je niet tot ‘s middags liggen).
Mensen wasten zich of elkaar aan hun ton, de bergvolkeren zakten af uit de omliggende heuvels met hun manden op hun rug om hun producten op de markt te verkopen en eetstalletjes zetten hun standjes op. Tankwagens die richting Vientiane reden werden vol bananen geladen bovenop de tank. Waarschijnlijk verdient de chauffeur zo een beetje bij.

Ongewassen (het was properder om niet te douchen dan wel) zaten we een beetje verweesd naar ons ontbijt te staren.
Vegetarische noodle soep.
‘t Was moeilijk om er je lach bij in te houden, maar nog moeilijker om het binnen te lepelen. We sloegen dan ook nog maar een paar pakken droge koeken in voor onderweg.

Het weer twijfelde aanvankelijk nog een beetje maar het werd al gauw vrij zonnig, en konden we zien door welk een spectaculair gebied we gisteren getrokken waren.
En het werd alleen maar beter.
De eerste helft van de rit bleven we op hoogte en kregen we verschillende klimmetjes van een vijftal km. Heel zwaar vaak, en meter voor meter zag je het fietscomputertje optellen. Hier bleek nog maar eens dat ik echte Virenque benen heb. Ik geraak wel boven, maar het gaat niet vooruit.
Onderweg zagen we nog regelmatig de zwaar bewapende rebellen en eenmaal een post van het Laotiaanse leger en vooral veel mooie natuur. Highway 13 deelden we met kippen, waterbuffels, honden, varkens, eenden, paarden (!) en veel spelende kinderen. Heel af en toe een paar vrachtwagens.
Arme dorpjes volgden elkaar op. We zagen in een dorpje een kind dat een been kwijt was, en een ander kind met een zelf, heel amateuristisch gespalkt armpje, met een vieze vod eromheen. Hij had een vogeltje dat met een touwtje om de ene poot dat het nog had aan z’n armpje vast hing.
De mensen slaan het fruit hier uit de bomen met behulp van een lange stok. De maiskolven worden nog een voor een met de hand geplukt.
Na 50 km kwamen we boven op Kiou Ka Cham. Van hieruit had je een machtig uitzicht op het gebied dat we achter ons laten, en ben je best trots dat je daar met de fiets overheen gegaan bent.
In tegenstelling tot de info die we hadden zijn hier zelfs twee guesthouses (die er eerder matig uitzien) en kan je de rit dus wel in twee delen rijden. We hebben hier even iets gegeten alvorens aan de afdaling te beginnen. Onze eerste redelijke maaltijd in drie dagen werd ons voorgeschoteld. Intussen barstte wel een fikse regenbui los, maar nog voor 14 uur konden we terug de fiets op.
In een afdaling van 20 km verloren we zowat al de hoogte die we de afgelopen dagen bij elkaar gefietst hadden. Een afdaling die er vrij gevaarlijk bijlag door de staat van de weg, die bovendien kletsnat was en af en toe onvoorziene obstakels zoals enorme takken, diepe putten, heelder stukken weg die weggeslagen zijn door stortbuien (hadden we ook in de beklimming al enkele keren tegengekomen) of ook wel een overstekende schorpioen. En al het water en modder uit je voorwiel dat in je gezicht spat natuurlijk.

thailandeinde1 292 (1)

thailandeinde1 301 (1)

thailandeinde1 303 (1)

thailandeinde1 308 (1)

Na 73 km stonden we beneden, kletsnat, juist voorbij het bruggetje over de Nam Khan rivier wat uit te blazen. En het begon weer te regenen.
Terwijl we schuilden in het huisje van een van de locals, sprak iemand ons aan in het Engels. Het was een Indier die hier voor Singaporese NGO werkte, Worldvision.
Zij waren hier om te helpen bij de wederopbouw van een iets hoger gelegen dorpje dat in maart (!) afgebrand was.
Ze opereerden vanuit Luang Prabang.
Hij vertelde ons dat route 13 nog steeds gevaarlijk was en hij wel met zijn pick-up vanuit Vientiane gekomen was, maar nu dus werkte vanuit het slechts 55 km verder gelegen Luang Prabang. Volgens hem wordt het ook alle UN hulpverleners nog steeds verboden om overland te reizen tussen Vientiane en Luang Prabang en nemen zij het vliegtuig.
‘k Blijf het toch allemaal een beetje overdreven vinden hoor.
De H’mongs zijn coole gasten waar Koenie niet de minste problemen mee ondervonden heeft.
De Indier bood ons een lift aan tot aan hun kantoren. Niet twijfelen met dit weer en nog een klim van opnieuw 15 km die voor ons lag. Ik zwierde de fiets en bagage in de pick-up en ik met die Indier en 4 Laotianen op weg.
Uiteindelijk was het nog een vijftal km fietsen tot in Luang Prabang. Ze hebben hier goten langs de kant van de weg van meer dan een halve meter diep om het water te kunnen slikken, en bij deze hevige regens zag ik kinderen die zich in een halve ton in de watermassa naar beneden lieten denderen.
Luang Prabang is een sympathiek, klein stadje met heel veel tempels, een rijke geschiedenis, toffe restaurantjes, en natuurlijk mooi gelegen aan de Mekong, omgeven door groene bergen. Hier valt het me ineens op dat ik in heel Laos geen supermarkt ben tegengekomen, zelfs geen kleine 7/11 zoals overal in Thailand.

thailandeinde1 312 (1)

thailandeinde1 317 (1)

Zondag 25/07/04 – woensdag 28/07/04:
————————————-
Ik heb enkele dagen om terug op krachten te komen in Luang Prabang en om de stad en omgeving wat te bezichtigen.
Samen met Jesse & Gijs hebben we brommertjes gehuurd om eens naar de Kuang Si watervallen te gaan. Onze lonely planet vrienden waren ook van de partij. Zij werden met hun busje tot aan de voet van de watervallen gebracht. We konden helemaal tot boven klimmen, en de waterval was op z’n best met enorme hoeveelheden water, maar of ik het nu de moeite vind om daarvoor 30 km te rijden …..
Als je echt veel tijd hebt in Luang Prabang misschien wel, anders kan je het gerust overslaan.

thailandeinde1 333 (1)

Verder heb ik het National Museum bezocht, het vroegere koninklijke paleis, Wat Xieng Thong, de oudste en mooiste van de stad, en naar de top van Phu Si geklommen, een heuvel in het centrum van waarop je, vanzelfsprekend, een mooi uitzicht hebt op de stad en waarop zich ook enkele tempeltjes bevinden. Verder is er een toffe avondmarkt en vele rustige straatjes om eens door te wandelen. Maar voornamelijk …. eten en drinken.

Ik kan geen drie stappen zetten of m’n broek hangt op men knieën. Er zijn gelukkig erger bezigheden dan dat …
Ik heb al verschillende keren spijt gehad dat ik geen i-pot volgepropt met muziek heb meegenomen, en heb mezelf dan maar getrakteerd op een ouderwetse discman en enkele cd’s. Altijd aangenaam voor ‘s avonds op bed, of op een rustig weggetje op de fiets.
Ik loop nu wel rond met drie riemen rond men buik; eentje met een moneybelt, een heuptas met het fototoestel, men mes en malariapillen die ik steeds vergeet te nemen en nu nog een met een discman.
Het was de hele tijd mooi weer in Luang Prabang met temperaturen in de bovenste regionen van de 30 graden.

thailandeinde1 320 (1)

thailandeinde1 321 (1)

thailandeinde1 322 (1)

thailandeinde1 326 (1)

thailandeinde1 330 (1)

thailandeinde1 345 (1)

thailandeinde1 347 (1)

thailandeinde1 353 (1)

thailandeinde1 353 (1)

thailandeinde1 375 (1)

thailandeinde1 386 (1)

thailandeinde1 392 (1)

Donderdag 29/07/04:
——————–
Aangezien er niet direct wegen lopen vanuit Luang Prabang naar het noordelijker gelegen grensstadje Huay Xai waar ik terug Thailand in ga, neem ik een boot over de Mekong naar daar (twee dagen stroomopwaarts). Om half acht stond ik al aan de boot, want om acht uur zouden we vertrekken. De fiets werd in no-time op het dak gelegd, en ik zocht me een goed plaatsje aan boord vanwaar ik tijdens de dag alles zou kunnen volgen. Om 8u30 kwam de schipper me zeggen dat we binnen enkele minuten zouden vertrekken wat we een goed uur later ook deden.
Na een drie kwartier varen passeren we Pak Ou waar zich een beroemde grot vol met Boeddha beelden bevindt en waar de Nam Ou rivier in de Mekong stroomt.
Heel mooie omgeving hier.
Ik had al gauw een maatje aan boord, een nieuwsgierig ventje van een jaar of 10, het zoontje van de schipper.
Eerst moest hij meeluisteren met de discman. En bij elk nieuw nummer z’n duimpje maar omhoog steken. Toen hij het fototoestel zag was hij helemaal verkocht. Dat vond ie prachtig en hij had al gauw door hoe hij kon in- en uitzoomen, foto’s bekijken, enz ….
‘k Heb achteraf wel een stuk of 100 “foto’s” moeten deleten. Toen de batterijen plat waren was er hernieuwde belangstelling voor de discman. Maar die vergat hij telkens ik het fototoestel terug bovenhaalde.
In de vroege namiddag meerden we even ergens aan en stapte er doodleuk iemand met een machinegeweer van boord. Die had ik daarvoor niet eens gezien ! Milton Osborne schreef in zijn boek “Mekong” dat hij in 2000 dezelfde route wilde afleggen als welke ik nu volg, maar dit uitgesteld werd wegens het gevaar om beschoten te worden vanaf de oevers …
Om 18u30 kwamen we aan in Pakbeng waar er overnacht zou worden.
Ik zocht me het mooiste guesthouse uit, wat nog op niks trok. Pakbeng is een heel vies dorp, met een heel rare sfeer. Van zodra ik voet aan land zette werd me opium aangeboden, zelfs door kinderen. Heel triest.
In deze uithoek van Laos bevindt zich warempel wel een Indisch restaurant. Waarschijnlijk eentje die hier blijven plakken is. Het eten viel tegen.
Voor ik ging slapen hing ik het muskietennet weer op en kroop ik in m’n lakenzak.

thailandeinde1 394 (1)

thailandeinde1 395 (1)

thailandeinde1 403 (1)

thailandeinde1 341 (1)

thailandeinde1 342 (1)

Vrijdag 30/07/04:
——————
Bij het inpakken nam ik een van mijn zakken op en spurtte de grootste spin die ik ooit zag weg. Zo groot als de lengte van je hand !
Er zullen er ongetwijfeld nog veel grotere zijn, maar zo ‘s morgens vroeg …
Serieus verschieten is dat, en blij dat ik me vannacht zo goed “beschermd” had met men muskietennet.
Met slechts een half uurtje vertraging vertrokken we richting Houay Xai, een officiële grenspost tussen Laos en Thailand. Het wordt misschien saai om te lezen, maar we bleven door een heel mooi landschap varen. Laat in de voormiddag kwam er plots een luid, vreemd geluid uit de “machinekamer” (een uit de kluiten gewassen vrachtwagenmotor of zo die gewoon open en bloot achterop het schip ligt)., enkele seconden later vergezeld door een boel rook.
Dat leek me niet echt gezond te zijn.
We zaten in het midden van de stroom (en de Mekong is geen belachelijk riviertje), waar we met veel moeite uitkwamen en een van de matroosjes sprong naar een boom in de kant en kon zo het schip vastmaken met de hulp van de vrouw van de schipper die in het water gesprongen was.
Toen de schipper zich tot op z’n onderbroek uitkleedde en in de Mekong sprong begreep ik dat er waarschijnlijk iets in zijn schroef gedraaid was. Toch maar even snel op het dak gekeken of m’n fiets daar nog lag, je weet maar nooit…
Na een half uurtje was het gefixed en waren we weeral op weg. Gelukkig maar, want ik moet vandaag het land uit. We zouden normaal rond 17 uur in Houay Xai toekomen, en de grens sluit om 18 uur.
Weer een tijdje later kwam er een speedboot langszij waar de schippersvrouw insprong.
Waarschijnlijk bougiekes gaan halen of zo, dacht ik, maar een dik uur later, wij vaarden nog steeds vlotjes stroomopwaarts, kwam er een lichter van de andere kant aangevaren die langszij kwam, met de vrouw van onze schipper aan boord.
Ik herkende deze lichter, want die was tegelijkertijd met ons vanuit Pakbeng vertrokken. Die vaarde een eind voor ons en die was ze dus gaan terughalen. Waarschijnlijk was de schade toch erger dan eerst gedacht. Bagage en fiets werden overgeladen, en een beetje later waren we weeral aan het varen. Door al deze akefietjes hadden we wel wat vertraging opgelopen en waren we pas om half zeven in Houay Xai.
Er stond nog wel een douane, maar die wilde mij er niet doorlaten. Dat was trouwens ook zinloos geweest, want de overzetbootjes naar Thailand vaarden toch niet meer. Dat betekent dat men visum vervalt, en ik nog nog steeds in Laos ben.
Ach, ik heb me het motto van de Thai “Mai Pen Rai” (=never mind) al vrij eigen gemaakt.
Dus overnachten we nog maar een extra nachtje in Laos (in een overigens uitstekend guesthouse), en zien we morgen wel weer.
Wel spijtig dat ik, toen ik na het avondeten m’n kamer binnenkwam, een kakkerlak moest vangen en buitenzetten.
De eigenaar van het guesthouse was een Laotiaan (Lao ? Laonees ?) die vorig jaar in Europa was geweest en in Brussel bezocht had. Ik heb hem op berispende toon medegedeeld dat hij volgende keer maar beter naar The Capital of The World kan komen ipv naar …..

thailandeinde1 432 (1)

thailandeinde1 433 (1)

thailandeinde1 440 (1)

Zaterdag 31/07/04:
——————-
Om 8 uur stond ik bij de douane met mijn vervallen visum. 10 USD boete en wat Vlaams gesakker erbovenop en ik mocht het land uit. Een heel smal bootje bracht me naar de overkant van de Mekong, naar het Thaise dorpje Chiang Khong (niet te verwarren met het zuidelijker gelegen Chiang Khan waar ik eerder was) waar ik na opnieuw de nodige formulieren ingevuld te hebben een nieuw visum voor 30 dagen voor Thailand kreeg.

Ik heb 513 km gefietst in Laos.
Totaal: 2.322 km.

%d bloggers like this: