Thailand: March 2008

Back to Koh Phayam

Dinsdag 26 februari 2008:  Vientiane – Tha Bo
Ik heb men visum te pakken !!
Kort na de middag fietste ik Vientiane uit richting ‘Friendship Bridge’ over de Mekong;  een kleine dertig kilometer.
Aan de grens bevinden zich nu een aantal tax-free shops, die ik verleden keer niet gezien heb.  Long time residents van de Nong Khai region doen hier gretig hun inkopen (drank, drank, drank).
Ik pas, en fiets de brug over.  Ze zijn er een spoorlijn aan het aanleggen.  Voor vrachtvervoer, of zal de spoorlijn Bangkok – Nong Khai doorgetrokken worden naar Vientiane ?
Indien je met de fietsje bent mag je bij de Thaise douane inchecken aan het loketje voor de auto’s.  Wachttijd circa drie minuten.  Alle andere ‘visa-runners’ die met de bus de grens overgaan (het zijn er veeeeel) moeten aanschuiven aan een apart loketje.  Honderden staan er, dit moet lang duren.
Al snel fiets ik weer langs de Mekong, stroomopwaarts richting Tha Bo.  Uiteindelijk heb ik vandaag meer dan zestig kilometer gefietst en bevind ik me gewoon aan de andere zijde van de Mekong, bijna terug tegenover Vientiane.
Ik trek opnieuw in in het ‘Ban Thai Tha Bo’ guesthouse, waar ik in juli 2004 ook al een keer verbleef.  Het is een fantastisch mooi teakhouten guesthouse gerund door de Japanse Akiko die lange tijd in Frankrijk gewoond heeft.  Er is een mooie tuin, veel rust en een goede keuken.  De kamers hebben een mooi antiek aandoend houten bed en de badkamer is mooi en goed onderhouden (mijn ervaring is dat Thais door de band een hekel hebben aan tegeltjes proper houden in de badkamer; om van de kranen maar te zwijgen).  Niets van dat hier.  Tiptop in orde dit guesthouse en shame on you als je in de buurt bent en hier voorbij rijdt.

S6008339

Akiko blijkt bevriend te zijn met de vrouw van de burgemeester.  De tweede dag van men verblijf hier blijkt er een voetbaltornooi te zijn in Tha Bo.  Akiko had die ochtend over mij verteld tegen de burgemeestersvrouw, en ze vonden het toch een heel goed idee om mij een toespraak te laten houden.
In de vroege namiddag brengt Akiko ook mij daarvan op de hoogte.
“Waarom”, vraag ik haar (ik heb eerlijk gezegd helemaal geen zin om daar voor een hoop Thaien die geen woord Engels verstaan iets te gaan verkondigen).
Ze antwoordt me “just to show not all farang are fat old men, drinking beer all day when they live in Thailand with a Thai lady.”
Ja, daar had ze wel een punt natuurlijk 🙂
Een half uurtje later zat ik naast het voetbalveld in een lederen fauteuil, met de burgemeester aan men rechterhand, en zen vrouw achter me.  Honderden Thaise ogen op me gericht “Wat doet die farang daar naast onze village head ?”
De match was bijna gedaan, en dan zou het aan mij zijn.
Gelukkig kreeg ik nog een bekerke water tegen de droge keel.
“Wat moet ik deze mensen in hemelsnaam vertellen ?”, vraag ik aan Akiko, die links van mij naast de zetel staat.
“Vertel ze iets over wat je doet, hoe je reist” zegt ze.
Dat is allemaal makkelijk gezegd, maar bij de gemiddelde Thai moet je echt niet aankomen met verhaaltjes over Alaska of Nieuw-Zeeland, dat ligt ver buiten hun leefwereld.  Draai het of keer het zoals je wil, de meesten van hen kunnen nog niet eens twee van hun buurlanden opsommen.
Ik zeg, “ok” en tegen de burgemeester “but you come with me to translate”.
Daar had hij niet op gerekend, maar ik pak hem bij de arm en loop met hem naar het podiumpje aan de andere kant van het (betonnen) voetbalveldje.
De locale televisie uit Nong Khai had zen camera op mij gericht.
Goh, wie weet word ik nog wel eens een soort van cultfiguur in de Isaan, met men eigen groupies hehe.
Twee uur later kon ik terug van de rust genieten in de tuin van het guesthouse.
Nog geen groupies te bespeuren in de bosjes.

Vrijdag 29 februari – zaterdag 1 maart 2008: Tha Bo – Nam Som – Loei

Het stukje verder stroomopwaarts langs de Mekong richting Chiang Khan had ik al twee keer gefietst (en is zeer de moeite waard !), dus besloot ik om een iets andere route te nemen naar de provinciehoofdplaats Loei.

Ik verlaat Tha Bo via weg nr. 2020 naar het zuiden, de Udon Thani provincie in.
Aan het kruispunt met weg 2021 in Ban Phu is er eventueel een guesthouse.
Ik eet hier een stukje en rij verder over weg 2021 naar het westen richting het Phu Phra Bat National Park.  Hier staan een boel grillig gevormde rotsen, best de moeite om een keer te bekijken.

S6008359

S6008367

S6008373

Van het national park is het nog een stukje naar Nam Som waar ik onverwacht een heel mooi bungalowtje vind om te slapen.  Ook over het ernaast gelegen restaurant kan ik niet klagen.
De volgende dag naar Loei ging de weg meer op en neer.  Ik reed via weg 2414 naar Klang.  Ter hoogte van Pong draai ik dan linksaf de hoofdweg 201 op voor de laatste twintig kilometer naar Loei.  Ik koos het “King’s Hotel” uit omdat dat er wel goed uitzag, maar ‘s nachts was er weer veel te veel lawaai (Thaise gasten).
Om half vier ga ik daar uitgebreid men beklag over doen en worden ze buiten gezet.

Zondag 2 maart 2008: Loei – Phetchabun
Ik neem vandaag de bus naar Phetchabun.  Daar is een goed hotel waar ik wat van de rust en het zwembad kan genieten.  Er zijn geen rechtstreekse bussen, dus ik moet eerst mezelf en men fiets in een bus naar Phu Reua zien te krijgen.  Dat is een bergtop in een nationaal park.  Vandaar neem ik een andere bus naar Phetchabun.
De fiets ging twee keer verbazingwekkend makkelijk mee op de bus.
In Phetchabun neem ik een superior room in het Kosit Hill Hotel (klik hier voor meer info) en geniet ik de komende week van een superkamer met honderd tv-kanalen, een ligbad, zwembad, de Bangkok post en veel lekker eten.

S6008392

 Zaterdag 8 maart 2008:  Phetchabun – Bangkok
Opnieuw de bus op.
Ik ben namelijk a man with a mission.  Ik wil zo snel mogelijk naar Koh Phayam, naar de knappe bungalowkes van Paul aldaar.
Eerst maak ik echter een pitstop van 24 uur in Bangkok om een grote stapel boeken te kopen voor de komende maanden.

Zondag 9 maart 2008: Bangkok – Ranong
In de voormiddag ga ik naar het Siam Discovery shopping center.  Daar is een grote Asia Book.  Een stapel boeken van een meter heb ik gekocht.  Dat houdt me wel bezig de komende tijd.
‘s Avonds de bus op naar Ranong.
Er zijn ‘gewone’ bussen, vip bussen met 32 stoelen en vip bussen met 24 stoelen.  Ik kies voor de laatste.  Niet om de chiquen uit te hangen, maar omdat de laadruimte in al die bussen min of meer gelijk is.  Minder mensen; evenveel ruimte onderin de bus, wil dus zeggen meer kans dat de fiets mee mag (bij aanschaf van het ticket was het een ‘no no’, dus ik gokte erop om het zo op te lossen).
Uiteindelijk kon de fiets ook mee en om acht uur reed de bus de Southern Bus Station af.  Dit busstation ligt veertien kilometer van Bangkok.  Brand new.  Het lijkt wel een luchthaven.

Maandag 10 maart 2008: Ranong – Koh Phayam
De bus was echt de moeite en voor het pakweg honderd baht prijsverschil tussen de 32 en 24-zitter kan ik echt de laatste aanraden.
Ware het niet …… dat er twee Thaien opzaten die alle bestaande snurk-decibel-records aan flarden ronkten.
Man, man, man.  Niet te doen.  Een paar keer heb ik hen wakker gemaakt, maar het is ondertussen een bekend fenomeen.
Snurkers slapen onmiddellijk terug in.  Ik word op zen zachtst gezegd stapelzot op die bus.  Enkel het gedacht aan men eilandje, strandje en bungalow houden me er bovenop.
Om vijf uur zijn we in Ranong.  Het is nog donker en de eerste boot gaat pas om negen uur.
Ik doe een babbeltje met een Zwitsers meisje aan het busstation tot het licht wordt.
Dan fiets ik naar de markt in Ranong.  Ik weet nog waar die is van men vorige bezoek in november.  Onderweg fiets ik voorbij de lokale beenhouwer.  Buiten liggen op een houten tafel een hoop plat geklopte varkenskoppen.  Ik maak een praatje met de bazin, die een uitstekende kennis van de Engelse taal bezat.  Al de jongens die in de beenhouwerij aan het werk waren, waren Birmezen.  Alle ‘mindere’ jobkes in deze regio worden door de Birmezen opgeknapt.  Tegen hongerloontjes (ik gok voor een beenhouwersgast op 2.500 Baht per maand; pakweg 50 Euro).
Op de markt koop ik een kilo mango’s.  Ik weet dat ik word afgezet maar zeg er niets van, het is nog vroeg, en voor het Thais madammeke zal het wel good luck betekenen als ze zo vroeg op de dag haar mango’s aan het dubbele van de prijs kan verkopen.
Rond de middag zet ik voet aan wal in Koh Phayam.
Laat die vakantie maar beginnen !

Dinsdag 11 maart – Dinsag 18 maart 2008: Koh Phayam
Rust op het eiland; heel veel valt er niet te melden.
Ik ben vandaag na men ontbijt gaan snorkelen.
Niet met de boot, maar zo’n 200 meter de zee in gezwommen en daar ligt een rif met redelijk mooi koraal en mooie vissen.
Daarna heb ik een vegetarische penang gegeten met witte rijst.
En weer daarna een boekske gelezen en daarna met de fiets naar het noorden van het eiland.
Daar zijn ze de jungle aan het wegkappen, ondanks dat het nationaal park is.
This is Thailand ….
Ik ben ook nog een keertje naar de coiffeur geweest. In een golfplaten hutje, met kappersstoelen uit de jaren …… 14-18 en een schaar van nog een eeuw ouder.
Men haar werd gewassen met water uit den emmer die int wc stond (om door te spoelen).  Dan gieten ze dat met een klein bakske over uwe kop (’t zelfde bakske waar ze anders water mee uit dezelfde emmer scheppen om de str… van hun g.. te spoelen.  De Thais gebruiken geen wc-papier – milieuvriendelijk).
Wel, ze gebruiken dat wel, op tafel staat er altijd ne rol, die dan dient als servet.

Er liep hier een heel mooi, schattig puppieke rond, Luna, en die was al een week ziek.
Er werd te lang gewacht om ermee naar den dierenarts te gaan.
Ik had mij erover ontfermt, maar vanochtend lag ze dood op men terras, met stront uit haar gat en bloed uit haren bek.  zielig ….

S6008563

Momenteel worstel ik me door een slecht boek van een of andere expat die enkele dagtochten ging fietsen in Cambodia, Laos en Thailand.  Verschrikkelijk slecht geschreven.  Hij zat ook meer op de bus dan op zen fiets (zoals ik de laatste tijd).  Rond de middag zal ie uit zijn, en dan kan ik opnieuw in ne Murakami beginnen.
Life is beautifull !

S6008670

Woensdag 19 maart 2008 – maandag 8 april 2008: Koh Phayam
Jaja, ik zit hier nog steeds op een goei wei.
Ik heb juist men ontbijtje op, een stuffed omelletje (gestuffed met groentjes), 2 toastjes, een grote kommeke thee en als dessert nen bananashake.
Aangezien het nog laag water is heb ik eerst de voettocht naar de laptop met internet ondernomen.  Welliswaar slechts een afstand van +/- 12 meter vanaf men ontbijttafeltje op het strand, doch daarom niet zonder gevaar.
Enkele weken terug viel er tijdens eenzelfde tocht een phyton uit de boom, vlak achter me.  Nu had ik dat zelf niet in de mot, maar de meisjes in de keuken wel.  De plotse paniek daar trok natuurlijk men aandacht; gezwind draaide ik me om, en daar stond ik oog in oog met deze junglebewoner. 
”Waauw, wat een knap beest”, dacht ik bij mezelf.  Heel mooi groen-geel-zwart gevlekt.
 Hij moet hetzelfde over mij gedacht hebben (niet groen-geel-zwart gevlekt he !), want hij richtte zich een beetje op om me wat beter te bekijken.
Daarop deed ik enkele stappen achteruit, de drie treden op aan het internetkot.   Laat ons zeggen om mezelf wat zichtbaarder te maken voor de slang, en niet uit angst (natuurlijk).
 Hij wilde een kijkje nemen in de keuken, maar de Burmeeskes smeten alras de deur dicht.  
Daarop probeerde hij door het raam (gat in de muur zonder glas) binnen te komen, maar dit bevindt zich ongeveer 1,20 meter boven de grond, net te hoog voor hem/haar. 
”Dan maar richting internetkot” (of richting mij) moet het beest gedacht hebben.  Hij kronkelde alvast mijn kant op.
“Hola, hola makker”, dacht ik bij mezelf.

Paul (den Hoogstraatsen uitbater van men resortje hier) was inmiddels ook op de commotie af gekomen en kon met behulp van een bezemsteel (nog echte bezems hier, met zo van dat zacht stro opt einde, handgemaakt; een plezier om daar je terrasje mee op te vegen, of eenmaal per week het stof vanonder je bed (de maskes hier zijn daar zelf niet zo fanatiek in)) de slang tegen de grond drukken, net achter zen kopke.  Dan kan het beest niet echt veel kanten meer op.  Daarop grijp je hem met je handen stevig vast achter zen kop.
Dit beviel hem niet echt wat hij duidelijk maakte door zen bek wijd open te trekken en wat te rochelen of weet ik veel wat er uit zen bek kwam. 
We hebben hem daarop in het vogelkot gestoken. 
Voor de vogelaars onder ons, je hoeft je je niet druk te maken, op dit ogenblik resideert er geen enkele van onze gevederde vrienden.

Natuurlijk moet dit beest af en toe gevoederd worden.
 De Yaow, een van de Birmezen die hier werkt is daarop elke nacht op rattenvangst gegaan (de rattenvanger van Koh Phayam). Rat en slang hebben een dag of vijf vredig in hetzelfde kot samen geleefd; tot op een ochtend de rat dood op de grond lag.  Ik vermoed dat hij die slang op zen zenuwen gewerkt moet hebben en dat die een keer uitgehaald heeft met een stevige knauw en een dosis gif, maar opeten deed ie em niet.
Ook kikkers vindt ie maar niets.
Een muis, die at hij wel.
Opnieuw enkele dagen later, we zitten met zen vieren wat te sjouwelen na het avondeten.  Wat had ik nu weer …… rode curry met garnaaltjes, penang, pat thai kung of thom kha gai, ik weet het niet meer, maar het is ook niet echt van belang in deze.
Plots zegt de Piet, “hee, wat is dat daar ?”
Er kwam iets van links naar rechts onder de tafel door geschoven.
Verhip, weer een slang zeg.

S6008578

Ik moet jullie ook nog vertellen over Coppi, dat was ik vergeten.
Coppi is een klein zwat-wit-grijs straathondje.  Die is in Bangkok overhoop gereden en zowat alles achterin zen lichaam was gebroken.  Hoe die uiteindelijk hier op Koh Phayam verzeilt geraakt is, is een ander verhaal, dat vertel ik ooit nog wel een keer.  Als hij rent slaagt zen achterkant een beetje weg, net zoals bij de Mats, mijnen hond vroeger.
 De Coppi (inderdaad, vernoemd naar dé Coppi) is even moedig als de Mats (inderdaad, vernoemd naar dé Mats).  Hij wilde deze phyton aanvallen (ook die eerste slang wilde hij al te lijf gaan verleden week).  Ik zeg Paul, “hou jij je bezig met die slang, dan hou ik die hond hier in bedwang” (hiermee weeral de zware ‘organiserende’ verantwoordelijkheid op me nemende). 
Paul kweet zich opnieuw uitstekend van zen taak, hoewel het gevecht, of noem het eerder “de dans” met de slang deze keer langer duurde.
 Het beest kwam recht, dreigde, liet zich niet in de val lokken onder die stok. 
”Wat een entertainment krijg ik weeral voorgeschoteld tussen men hoofdplakke en men dessert”, dacht ik nog bij mezelf.
Ik mag niet klagen over de timing van die beesten.  Voor hetzelfde geld komen ze je storen als je net je eerste garnaal in je mond steekt. 

Zodoende hebben we nu dus twee slangen.  We denken broer en zus.
Ze hebben ook een naam ondertussen.  Simon en Garfunkel.
 Garfunkel is het meisje, daar heeft ie in den tijd zelf om gevraagd met zen onnozele krollen.
 Jullie vragen je ook vast of, “als het broer en zus zijn, hoe kan hij dan het onderscheid maken tussen een vrouwtjes en mannetjes slang ?”
Wel, Simon is die intelligent uit z’n ogen kijkt 😉

De slangen zijn nu elk een metertje of twee, maar tzijn nog jongskes (het gaat hier om ‘s werelds langste slang, de ‘netphyton’  die tot tien meterlang kan worden).  De Simon heeft ondertussen zelfs een vervelling gedaan. 

Enkele dagen terug is de Paul twee kleine kippen gaan halen.
 De Garfunkel heeft er eentje binnengespeeld en is enorm dik nu, maar voor Simon was de andere kip te groot.  Die heeft het dus (voorlopig) overleefd en hebben we terug uit het kot gehaald.
Dan hadden we een redelijk grote muis. 
Daar hebben ze met zen tween om gevochten.  Eerst bijten ze die, dan nemen ze die in een wurggreep, maar beiden een stuk.  Je moet het zien hoe ze het doen.  Eigenlijk hebben ze eerder mekaar in een patstelling gewurgd, want die muis zelf is te klein natuurlijk.  Ongelooflijk om uiteindelijk te zien hoe zo een beest in een stuk in die wijd opengesperde bek verdwijnt.
 National Geographic maar dan in ‘t echt.

“The Elephant Vanishes” van Murakami is zen eerste boek wat me niet beviel. ’t Waren ‘short stories’, en daar ben ik gene fan van.

S6008701

S6008707

Woensdag 17 April 2008: Koh Phayam
Wat is er de voorbije dagen nog gebeurd ?
Ik ben verhuisd van de grote, witte bungalow naar de honeymoon suite.
Neenee, maak jullie geen zorgen; ik heb me niet laten strikken.
Bungalow 2 wordt de honeymoon suite genoemd omdat die het meest afgelegen is, en het dichtst bij het strand staat.  Beste plaatsje dus.
En ondertussen is Songkran achter de rug.  Songkran is het Thaise nieuwjaar.  Het verschilt een beetje van regio tot regio wanneer dit gevierd wordt.  Sommige plaatsen beginnen er al aan op 11 april, op andere plaatsen vindt het hoogtepunt pas plaats op 19 april.  Doorgaans wordt 13 tot 15  april in acht genomen.
Hier op Koh Phayam werd er een voetbaltoernooi georganiseerd.
Deze keer zonder toespraken van mijnentwege.

Er is ook een een drama gebeurt hier in Ranong.
Meer dan hondertwintig Birmezen werden het land binnengesmokkeld in een twintig-voet container.  De (Thaise) chauffeur van de vrachtwagen zette de airconditioniong in de container niet aan waarop 54 Birmezen stikten en er een boel zwaar gewond waren.
Meer hierover:

54 Burmese migrants suffocate

BANGKOK: — At least 54 Burmese migrant workers suffocated as they were being smuggled into Thailand inside a cold storage container.
Another 21 were seriously injured, police said.

The victims were among 121 people crammed inside the container that was 6m long and only 2.2m wide, said Colonel Kraithong Chanthongbai, commander of the local police station in the southern border province of Ranong where the bodies were found.
The airtight container was normally used to carry frozen seafood.
But the migrants were trying to enter Thailand by hiding inside the container which was travelling across the border, he said.
The migrants were supposed to pay a Thai smuggling ring 5000 baht ($170) each to transport them from the Burma-Thai border in Ranong to the nearby resort isle of Phuket, he said.
Once there, they hoped to find work as day labourers, he said.

When the man driving the truck carrying the container realised some of the migrants had died, he parked on the side of a road, opened the door to the container, and fled.
“The people said they tried to bang on the walls of the container to tell the driver they were dying, but he told them to shut up as police would hear them when they crossed through checkpoints inside Thailand,” he said.

The 46 people who survived without injury had been arrested.

— AFP 2008-04-10
en het vervolg ….
54 Myanmar Workers Suffocate in Thailand 



BANGKOK: — Fifty-four migrant workers from Myanmar suffocated in the back of a seafood truck in southern Thailand while being smuggled to the popular resort island of Phuket, police said Thursday. 
An additional 47 workers survived the incident late Wednesday in Ranong province and flagged down police for help, police Col. Kraithong Chanthongbai said. Twenty-one were hospitalized while the rest were detained for questioning, he said. 

”When police got to the scene, they found that 54 of the workers were already dead in the packed container truck,” Kraithong said. 
Of the dead, 37 were women and 17 were men. Police did not immediately know what jobs they were heading for, but illegal Myanmar immigrants in that region generally work in the fishing and construction industries or as maids. 
Police were searching for the truck’s driver, who had fled the scene, and members of the smuggling gang they believed arranged the trip. 
Kraithong blamed the driver for failing to turn on the air conditioning in the back of the truck, which normally was used to transport seafood. 

The surviving workers told police they sneaked into Ranong province from Myanmar’s Victoria Point by fishing boat Wednesday night and were then packed into a small container truck for a trip to Phuket. 
But after two hours, the workers told police that many of them began falling sick because of poor ventilation in the truck, Kraithong said. 
The driver stopped the truck after being alerted to the problem but then fled the scene, Kraithong said. 

Ranong province is located about 290 miles south of Bangkok just across from Myanmar’s Victoria point and is regarding as a major trading route between the two countries. 
There are about a million Burmese workers registered to work in Thailand and millions more who work mostly as laborers illegally to escape the poverty in their own country, which is one of the poorest in Asia. 

–AP 2008-04-10

Wat Simon en Garfunkel betreft: de Yaow was in Ranong nieuwjaar gaan vieren.  Zodoende is er niemand om ‘s nachts op muizen- en rattenjacht te gaan. 
Ik zelf vind dat de nacht gemaakt is om te slapen en pas dus voor deze taak.
 Bij gebrek aan ander eten hebben we dan gisteravond dat andere kieken terug in het kot van de slangen gestoken. 
Het duurde maar luttele seconden eer Simon het kiekse in een stevige wurgreep had.  Een doodsstrijd van een second of tien, gepaard gaande met wat gepiep van het kiekse.

Hij kreeg hem echter niet binnen, ondanks verwoede pogingen.
Resultaat; een kiekenlijkje vol slijm.
We hebben de kop er nog afgesneden, en die willen voederen, maar daar reageerde Simon niet op.
 Ik zeg tegen Paul “misschien eten ze enkele levende prooi, is dit genetisch ingecalculeerd, zodat ze geen zieke, dode dieren zouden binnenspelen”.
 Dan hebben we een stokske in die kiekenskop gestoken en daarmee zwierde Paul wat voor Simon zen kop  (onderwijl zong ik van pwooook-pok-pok-pok-pok-poooook), hopende dat we hem hiermee om de tuin zouden kunnen leiden.

Nope.

De Olympische vlam is aangekomen in Bangkok.
Hieronder enkele artikeltjes die meer dan de moeite waard zijn om te lezen; al was het maar om een beeld te krijgen hoe het gesteld is met de vrijheid van meningsuiting in dit deel van de wereld … als buitenlander dan toch.
“kicked out for good” … en dat soort dingen.  Indien je protesteert ?????

DISRUPTION OF TORCH RELAY
You’ll be playing with fire
Any foreigner who takes part in protests during the run will be kicked out for good, police warn

BANGKOK: — Protesters disrupting tomorrow’s Olympic-torch relay will be arrested immediately and prosecuted for public disturbance, police say.
Foreigners will be expelled and banned from returning. Those with residency will have it revoked permanently, spokesman Lt-General Watcharaphol Prasarnratchakij says.
”If they come here and engage in unlawful acts, they must be prosecuted … if they engage in illegal activity, we will proceed according to the law by revoking their visa,” he says.
”We have prepared everything to ensure the smoothness of the ceremony.”
A Government House source says there are groups in this country motivated to disrupt the relay, including human-rights groups and the local Falun Gong.
Additional police have been deployed to the Plaza Athenee Hotel, where the torch and Olympic flame are housed ahead of tomorrow’s 3pm run.
There will be as many as 2,000 policemen on duty along the route, according to the Olympic Committee of Thailand.
Four police vehicles and six officers will accompany the relay at all times. A bomb squad and a canine crew are on standby as is a special weapons and tactics outfit.
The heavy security highlights concerns here and the government’s desire to avoid similar chaos to that which occurred overseas.
Free Tibet Network member Pokpong Lawansiri disagrees with the stance against pro-Tibet protests.
”Under the Constitution, an individual – local or foreigner – has the right to rally for a cause,” he says. “Peaceful rally should be allowed”.
He expects about 100 members to protests.
Prime ministerial aide Akhaphol Sorrasuchart says protests can continue as long as there’s no run disruption and they do not break other laws, including traffic, or damage property.
A number of locations have been prepared for protests, although he will not say where.
The relay route through normally crowded Bangkok has been cordoned off with barricades to deter protests.
Rallying point
Networks and organisations planning pro-Tibet activities tomorrow include:
- Free Tibet Network, Thai Labour Campaign Group, Chulalongkorn University social critics, Activists for Social Change, Young People for Democracy Movement and Workers Democracy.
- Others include Reporters Without Borders and China pro-democracy and pro-Taiwan groups.

– The Nation/xtra 2008-04-17

In dit artikeltje vind ik de kritische noot wel geplaatst. “….The torch will be kept at a downtown hotel on Friday, but guarded entirely by Chinese, who apparently do not trust Thai police enough to let them too close to the torch.”
Tot zover de appreciatie van de Chinezen naar de Thaien toe om streng op te treden tegen eventuele protestacties.
En worden de farang nu wel of niet het land uitgezet ? “Foreign Minister Noppadon Pattama denied foreigners protesting at the Olympic torch relay on Saturday will be deported, but said they could face legal problems”.
Lees en geniet.

Passing the torch
Post Reporters
The Beijing Olympics torch arrived in Bangkok on Friday morning after a tumultuous run in India. Police are warning would-be protesters not to try to disrupt the Saturday afternoon procession in Bangkok.
The torch along with its stern-faced Chinese security agents arrived on a Chinese charter flight that was the only flight to land at the the military side of Don Muang airport, well away from the general public.
It landed at 2.40am Thailand time, and the Chinese embassy scared up around 30 Thai-Chinese to wave Chinese and Olympics flags (no Thai flags) as the plane landed, according to the news agency AFP.
The plane arrived from India, where at least 180 Tibetan activists were arrested during the relay in New Delhi.
The torch will be kept at a downtown hotel on Friday, but guarded entirely by Chinese, who apparently do not trust Thai police enough to let them too close to the torch.
Foreign Minister Noppadon Pattama denied foreigners protesting at the Olympic torch relay on Saturday will be deported, but said they could fact legal problems.
Police have warned all would-be protesters against any attempt to disrupt the Beijing Olympics torch relay on Saturday afternoon.
“Action will be taken” against anyone who tries to spoil the 10.5-km run through the inner city, police spokesman Watcharapol Prasanratchakij said on Thursday.
“We are prepared to deal with ill-intentioned groups,” he said.
A coalition of Thai human rights groups plan a small demonstration on Saturday, but have not announced their final plans.
Mr Noppadon said activists have the right to protest as long as they refrain from violence.
The Foreign Ministry will not revoke visas of foreign protesters if they do not break the law, “but if they cause trouble the government hast the right to take legal action against them,” he said.
Pol Lt-Gen Watcharapol said city police will ensure security for the relay and direct traffic. The Special Branch will work with the Chinese embassy to investigate any possible threat.
The relay starts at the Chinatown Gate about 3 p.m. Thailand time and ends at the Royal Plaza.
One of the designated Thai torch-bearers, M.R. Narisa Chakrabongse, founder and chairwoman of the Green World Foundation, earlier withdrew in protest.

OLYMPIC FLAME

Security beef-up for torch relay
POST REPORTERS
City police will be out in force and security will be tight for the Bangkok leg of the Beijing Olympics torch relay in the capital this afternoon.
Pol Lt-Gen Asawin Kwanmuang, the Metropolitan Police Bureau commissioner, said about 500 police officers will be deployed along the 11-km route from Chinatown Gate to the Royal Plaza.
Another batch of 500 police, including bomb disposal squads and about 200 crowd control specialists, will also be deployed.
Pol Lt-Gen Asawin said police have been ordered to step up patrols along the route 24 hours before the relay starts.
He said the owners of buildings along the route have been urged not to allow their premises to be used for hostile activities or to display anti-Beijing messages.
The city police chief said the makara 50 security plan has been reviewed and will be used if violent protests erupt.
Protests from various groups are expected during the Bangkok leg of the relay, which has been disrupted by protest demonstrations in several countries following China’s crackdown on unrest in Tibet.
One group likely to protest are Falungong cult members, said Pol Lt-Gen Rapipat Palakawong na Ayudhya, the Special Branch Police commissioner.
Pol Lt-Gen Rapipat said intelligence reports suggested about 100 cult members would gather outside the United Nations headquarters in the morning. However, no violent confrontations are expected, he said.
”The gathering is only to seek worldwide attention. They want the world to see they are doing something,” he said.
Pol Lt-Gen Rapipat said a pro-Tibet group also planned to organise a show on Khao San road last night.
He said the show was unlikely to draw massive crowds, but police would be closely monitoring it to ensure there would be no untoward incident.
Besides these two groups, some non-governmental organisations involved in promoting human rights are expected to hold demonstrations.
The Bangkok-based human rights group Forum Asia issued a statement and pledged to hold a rally today to protest against China’s plan to take the torch to Tibet as part of the relay.
The People’s Empowerment group yesterday issued a statement calling on Beijing to release Tibetan monks and protesters who have been arrested in Tibet.
The group said it is not opposed to China hosting the Olympics. It noted that such a release would help the Games’ theme of peace and friendship materialise.
The torch arrived in Bangkok early yesterday morning and was whisked under police escort to the Plaza Athenee hotel, which is also under tight security.

Thailand should be proud, say officials
Olympic torch arrives in the kingdom
Kittipong Thongsombat
Thailand should be proud of being part of the greatest Games by greeting its torch relay today, according to Thai Olympic officials.
The 2008 Beijing Olympic torch arrived in Bangkok yesterday with Jiang Xiao Yu, senior Chinese Olympic official holding the torch and leading the Chinese staff. They received a warm welcome from Thai officials led by Gen Yutthasak Sasiprapha, president of the National Olympic Committee of Thailand.
The Beijing Games torch, which is 75 centimetres long and weighs 985 grams, will passalond the 10.6 km route from Chinatown Gate to the Royal Plaza. The two-hour relay will start at 3 pm, the first bearer being deputy city clerk Anant Siripasaraporn with the final leg being run by Paveena Thongsuk, a 2004 Olympics weightlifting gold medallist. Nat Intrapana, member of the International Olympic Committee (IOC) to Thailand, said that the torch relay was very significant and meant a lot to the Games. It showed that biggest sporting event of humankind was about to take place.
“To welcome the torch is to support the Games and honour the host,” said Dr Nat. The Olympics take place in Beijing from August 8-24.
“It also promotes the Games to 205 countries around the world.”
The IOC member said that Bangkok was among 21 cities honoured by host China to join the 97,000-km torch relay.
Maj Gen Charuek Areerachkaran, secretary of the Olympic Committee of Thailand, said that it was the first time for Thailand to be a part of the Olympic torch relay since the relay made its debut in the 1936 Olympic Games in Berlin.
The Thais once welcomed the 1988 Seoul Olympic flame at Don Mueang airport but it was not part of the relay.
Gen Charuek said that Thailand should be especially proud of being selected as one of the Olympic torch destinations around the world. In Southeast Asia, only Thailand, Malaysia and Indonesia had the opportunity to be part of the traditional ceremony.
“We could not ask for the torch relay to be held in Thailand.” Charuek said. “It was China which made the decision so we should be proud of that.”
To get a wide variety of people to play a part in the ceremony, the Thai organisers have 80 torch bearers from different sections of the community. All of them are well recognised for their valuable work to society.
Among them are Sub-Lieutenant Vichai Suriyuth and Kru Nuannoi Timkul. Vichai is famous for his dedication to tree-planting. It is estimated he has planted more than five-million trees so far.
“Tree planning is the best form of merit making.” he said. “It is sustainable and useful for generations.”
Educator Kru Nuannoi has a small orphanage which helps educate poor children. “I teach them to be good people,” she said. “Although we are not able to choose our birth place, we can choose whether to be a good person or not.”

En na het passeren van de vlam was er blijkbaar toch een probleempje …

OLYMPIC FLAME

Two missing torches returned
KITTIPONG THONGSOMBAT
Two Olympic torches, which were originally thought to have been stolen after the relay through Bangkok on Saturday, were returned to their owners yesterday.
Christopher Benjakul and ”Kru Noi” Nuannoi Timkul have both had their Olympic torches returned after reporting them missing after the torch relay on Saturday.
Maj-Gen Charuek Areerachkaran, secretary of the Olympic Committee of Thailand (OCT), said the torches were not stolen as first feared, but had been kept safely by officials.
”Christopher’s torch was found on the official bus,” said Maj-Gen Charuek. ”He now has it back.”
Maj-Gen Charuek added that Nuannoi’s torch, which she thought had been lost, had been kept for her by Samsung officials. The two were among the 80 runners taking part in the 2008 Olympic torch relay through Bangkok, the first ever held in Thailand.
A relieved Christopher believes the torch returned to him was the same one he carried during the relay.
”I will really look after it now,” he said.
However, the former actor insisted his torch had been snatched by someone in the crowd when he finished his run and he had not simply lost it.
”I did not just forget it. It was taken away by someone in the crowd,” he said.
Nuannoi, 65, said she thought her torch had been stolen because she was confused and exhausted after her run. Later she was told by the Samsung officials that they kept the torch for her.
Maj-Gen Charuek said that early on Monday morning garbage collector Prachuab Prasert found another Olympic torch, which had not been lit, in front of the OCT building being gnawed by a dog.
He said it could have been a back-up torch prepared by Chinese officials. He said it would be returned to anyone who can prove it was theirs, otherwise it would be put in the Olympic museum.
The 61-year-old Prachuab said he saw a dog named Tone biting the torch while he was cleaning the street about 5am.
”It was wrapped in a newspaper and Tone was biting it,” said Prachuab, who lives in the Olympic building compound.
He said the torch was so beautiful he took a photo of it before sending it to Olympic officials.

Ondertussen is het eiland bijna leeg.
Tijdens Songkran kwamen er nog wel enkele Thaise toeristen voor een dagje naar hier, maar bijna alle farang zijn weg.  Het restaurant in het dorp heeft inmiddels ook zen deuren gesloten.  Ook in P.P. Land heerst de rust.

S6008614

S6009053

S6009057

S6009073

 Donderdag 24 april 2008: Koh Phayam
Een verschrikkelijke storm raast over het eiland.  Paul en z’n ega Pearl zijn samen met het dochtertje Shiney in Ranong voor drie dagen.  Pearl gaat een cursus ehbo volgen in het plaatselijke hospitaal.  Geen overbodige luxe, want soms is er een dokter op het eiland, maar soms ook niet.  In geval van nood moet je ook niet verwachten dat er rap rap een helicopter komt om je op te pikken en naar een ziekenhuis in Phuket te vliegen of zo.  Nope, het enige waar je op kan hopen is dat er iemand bereid is om je met een speedboat naar Ranong te brengen, wat dan nog een half uur varen is en dan nog een tiental minuutjes met de motobike naar het ziekenhuis.
Maar binnenkort kan Pearl dus alvast wat mond-op-mond beademing toepassen en vast ook wel een beentje spalken of zo.
Ondertussen klapt de wind en de regen hier tegen de ramen van men bungalow.  Wat een geweld.
Op het strand zijn inmiddels drie van de zes parrassols afgeknakt.  Dat zijn geen plastieken parrasossollekes van ’t IJsboerke of zo he.  Nee nee, een uiterst solide constructie, ineengetimmerd door de Birmezen.  Een stevige boomstam, met zware bouten vastgemaakt op een betonnen paal die meer dan een meter in de grond zit.
De dikke houten paal is gewoon afgeknakt, en heeft de betonnen paal mee afgescheurd.  We spreken dus van een serieus windje.

Ik hoop dat het morgen wat beter is, want dan moet ik met de boot naar Ranong voor een visumrun (men eerste zestig dagen van men eerste entry op dit visum zitten er op, en dus moet ik even het land uit).
Ik heb de slowboat vanochtend wel zien voorbijvaren, maar ik ben blij dat ik er niet op zat.

Vrijdag 25 april 2008: Koh Phayam – Ranong – Kaw Thoung en terug
En het weer is beter vandaag.
Het zonneke schijnt zelfs terug opnieuw.
Om half negen gooien we los.  Met men beentjes in de zon en men boekske in de aanslag lijkt er een mooie tocht in het verschiet te liggen.  Tot er een Thai of Birmees voor me komt zitten die om de dertig seconden over boord moet rochelen.  Steeds duik ik weg, uit angst dat restanten door de wind mijn kant uit zullen vliegen.  Dat was nog het minste.  Naast me kwam een backpacker zitten…
Men eerste indruk was echter positief, want hij nam een boek ter hand.  Weliswaar science fiction, maar een mens moet tenslotte ergens beginnen.
Zen kameraad zat op het bankje ernaast.  Deze pankakker (backpackers leven op een dieet van banana ‘pancakes’) knoopte een gesprek aan met het meisje voor hem.  Diegene naast me had had ik middels een van men beroemde blikken al duidelijk gemaakt niet hetzelfde met mij te doen.  Hij kromp een beetje ineen.
Het meisje en de kameraad wisselden informatie uit waar ze verbleven hadden op Koh Phayam.  De twee jongens in Long Beach Bungalow, het meisje in Smile Hut
“Oh wonder ….” denk ik bij mezelf.  Dit zijn de twee erbarmelijkste, en navenant geprijsde etablissementen aan Ao Yaw (= Long Beach).
Reeds vanaf de tweede zin kwamen deze brothers in arms to the point.  Het woord “cheap” was gevallen.
De twee knakkers gingen naar Laos.  Ik vermoed dat ze hier apetrots op waren, gezien de decibels waarmee dit verkondigd werd.   Het meisje, overigens afkomstig uit de Amerikaanse provincie Texas, was daar al geweest.
“How long are you going to stay in ‘Lao’ ”, vroeg ze.
“Depends how cheap it is”, zegt de jongeman.  “I hear it’s much cheaper then Thailand.”
“Well, food is waaay more expensive in Lao” zegt de Amerikaanse.
“Yeah, but the rest is cheaper then Thailand I hope”, zegt de knul.
“Depends where you go in Thailand” antwoordt het meisje (terecht).
“Well, I hope it’s more reasonable then Thailand”, besluit de backpacker.

Ik slik dit even door; verwerk deze informatiestroom, waardoor de rest van hun gesprek aan me voorbijgaat.
De twee backpackers waren Scandinaven, dat kon ik aan hun taaltje horen.
Die ene zin blijft door men kop galmen …. “more reasonable then in Thailand ….”
Mein Gott …. wat verwachten deze mensen ?
Ze komen uit een bungalow waar ze 80 Baht (=1,70 Euro) per nacht betalen (geen Thai of Birmees die daarin wil slapen, maar blijkbaar voelen zij zich er happy.  Als je wil kan je hier in het dorpje voor 40 Baht (0,80 Euro) eten …… en ze hopen dat Laos ‘more reasonable’ is ……
Ik KAN en WIL dit volkje nooit snappen.
Waar zijn ze naar op zoek ?
Waar in de wereld kan je op een droomeiland ‘overleven’ (wat zij doen) voor 5 Euro per dag, of beter, aangenaam vakantie doorbrengen voor …. pakweg 20 Euro per dag ? Voor dat bedrag zit je in een machtig mooie bungalow, eet je drie keer per dag uitgebreid, drink je een paar fruitshakes en een pintje, ga je af en toe eens internetten en wordt de was voor je gedaan.
Zij zijn op zoek naar ….. ‘more reasonable’ ????
Komaan, laat ons eens ne keer redelijk zijn he !!!!
Iedereen weet inmiddels wel dat ik dit soort toeristen mijd als de pest, maar af en toe kom je er niet onderuit natuurlijk, zoals vandaag
Wat me opvalt is dat die backpackers dus altijd, maar dan ook altijd als enige gespreksonderwerp “cheap” hebben.  Nooit hoor je ze vragen “Is het daar de moeite ?  Is het daar echt zo knap ?  Heb je een aanrader om ergens lekker te eten ?  Wat mag ik zeker niet missen als ik daar naartoe ga ?  etc …”

Zo lang mogelijk weg blijven voor cheap, cheap, cheap; dat lijkt belangrijker dan daadwerkelijk ook iets zien en ….. te genieten van hunne conge.
Cheap accommodation, cheap food, cheap beer, cheap busses, cheap …. kortom, parasiteren op de kap van mensen die al bijna niets hebben.
Erger nog; ze zijn op zoek naar “free”.
Vaak wordt in strandbarretjes ‘free food’ aangeboden om klanten te lokken.  De pest is dat daar die backpackers op afkomen, die al dat gratis eten binnenspelen en er dan een fles water van 10 Baht consumeren.  Over die 10 Baht wordt dan gediscussieerd, want in de winkel in Bangkok, Surat Thani, Ranong of eerder waar op het vasteland wordt die fles voor 5 Baht verkocht.  Misschien dat de backpackers die ‘for free’ willen overzwemmen naar de eilanden ?
Sommige plaatsen geven ‘free internet’.
Die backpackers slagen er dan in om ergens anders een goedkopere kamer te vinden, maar menen toch recht te hebben op de free internet van de plaats waar ze niet logeren.  Of eentje logeert er, en al de andere zijn zen friends en die mogen toch ook wel …. (echt meegemaakt).

In Sihanoukville was er op het strand zelfs ‘free accommodation’.  Een kot, wat planken bij mekaar getimmerd.  Ik vermoed dat het daarbinnen bloedheet moet zijn, en vergeven van de muggen.  In Sihanoukville kan je voor 6Usd, dat is wat … 4 Euro tegenwoordig, een mooie bungalow huren.
Ik heb er de pest in hoe ze vanuit het rijke Europa naar dit soort landen komen en blijkbaar geen Euro aan de lokale bevolking gunnen.  Over elke Baht liggen ze te zeiken.
Ik heb ze weten afbieden op eten.  Op een schotelke fried rice.
“40 Baht ?  Over there only 35 Baht.”
Gelukkig zijn de meeste Thai, Cambo’s en Laos hen ook kotsbeu en zeggen ze gewoon “ok, you eat there”.
Maar goed, hopelijk is Laos redelijker met zijn prijzen dan Thailand….
Rond elf uur arriveren we in Ranong.
Nu naar Burma.
Ik wandel terug naar de hoofdweg, draai linksaf.  Na ongeveer honderd meter is er een benzinestation.  Daar wandel je dwars doorheen.  Aan de achterkant zit de Thaise douane en liggen de longtailboats te wachten op passagiers naar Kaw Thoung (ook Victoria Point genoemd).  Maak je geen illusies dat je het niet gaat vinden.  Voor het benzinestation staan de ‘touts’ al op je te wachten.  “You go Burma !  You take my boat !  Come here my friend !’
Ik zeg “no no, I’ll find boat myself’.
“No plo’blem my friend, how much you pay ?”
Ik wist van Paul dat het 100 Baht was, retour indien je een bootje neemt met andere mensen, of 300 Baht voor een priveboot.
Dus ik zeg “Roi Baht, go and come back”.
“No plo’blem, we take care of you.”
Ik laat me eerst uitstempelen bij de Thaise douane en spring in de boot die me aangewezen wordt.  Deze deel ik met een Burmese moslim familie (inclusief geitebaardje en t’shirt van de ‘moslim school’).
Ik zie dat zij 50 Baht betalen, en aan mij wordt hetzelfde bedrag gevraagd.  Je betaalt dus per enkele reis.
Na enkele minuten varen stoppen we aan hutje waar enkele Thaise douane controleren of ik inderdaad men paspoort heb laten stempelen.  Goede service.  Ik kan me inbeelden dat sommige toeristen zich ‘snel-snel’ in een bootje laten werken en dit vergeten.
Weer wat verderop, aan een eilandje met een grote gouden Buddha erop stoppen we bij de de Burmeese douane.  Echt corrupt uitziende mannetjes, volledig in camouflagekledij, camouflage tropenhoedje en een donkere RayBan.  Ze controleren enkel de Burmezen en laten mij met rust.

Dan steken we de brede Pak Chan rivier over.
Enkele honderden meters voor we aankomen in Kaw Thoung stoppen we opnieuw aan een eilandje en worden opnieuw enkel de papieren van de Burmezen gecontroleerd.  Enkele minuten later arriveren we aan een drukke pier in Kaw Thoung.  Onderweg naar hier dacht ik nog bij mezelf “waarom blijf ik hier geen nachtje”, maar ik verander al snel van gedacht.  Het is een armoedige plaats.  De hoofdweg langs het water is verhard, de zijstraatjes nog stoffige zandweggetjes.  De gebouwen zien er slecht uit, totaal verrot door het vochtige klimaat hier.  Het maakt een wereld van verschil aan welke kant van de rivier je geboren bent hier (en die pankakkers maar zeiken over ‘reasonable’).
Ik wandel daar naar de douane die een eindje verderop zitten.  Deze vragen 10 Usd of 500 Baht voor de service (zorg dus dat je die 10 Usd hebt, want dat is in feite maar 300 Baht).  Met het verschil kan je beter een pintje drinken hier, dan heeft die lokale Birmees er nog wat aan.
Ik had 10 Usd bij Paul gekocht, maar daar stond een klein, blauw streepje op.  Mijn vrees werd bewaarheid.  Wanneer ik men paspoort overhandig met het 10 dollarbriefje ertussen wordt dit gelijk terug gegeven (ze willen enkel ‘clean’ geld).  “Five hundred Baht” blaft de douanier.  Ik weet dat ik geen keus heb, maar heb toch zin om even lastig te doen, dus ik zeg “wat is dit nu weer voor ne flauwekul.  Als ik die tien dollar hier op de grond gooi, ga je ze dan laten liggen ?  Of ga je er voor tien dollar pintjes mee kopen ?  Is het dan geld of is het dan geen geld ?”
De douanier doet een wegwerpgebaar naar me.
Ik mopper nog wat.  Vraag me luidop af wat voor een apenland dit is, enz …
Nu had ik nog een spiksplinternieuw briefje van 5 Usd en vier briefjes van 1 usd in men portefeuille.
Dat had de douanier natuurlijk niet verwacht.
Ik leg die negen dollar voor zen neus, samen met een briefje van 100 Baht.
Hij wil deze mix weigeren, maar zen collega die al lang gezien had dat ik een lastig manneke was gebaarde hem het aan te nemen.
Ik zeg “fifty Baht back”.
“No have”, zegt de man in een laatste poging om toch nog iets aan me te verdienen.
Ik grits snel 1 dollar van zen tafeltje en zeg “no plo’blem”.
Dik tegen zen goesting pakt hij zen stempel.
Ik krijg hem nog zo ver om te stempelen op de eerste pagina die door zen collega’s in andere landen weer voor ¾ onbenut was gelaten.
Dus eigenlijk toch een topservice hier.

Ik wil nog een Mandalay- of ander Birmaans biertje kopen voor vanavond op men terrasje maar ze blijken hier enkel Chang en Singha te verkopen.
Ik hop dan maar weer op een van de boten terug naar de Land of Smiles.
Opnieuw drie keer stoppen onderweg.  De Birmaan vindt het best dat ik men overtocht met 1 Usd en 20 Baht betaal, en zo ben ik dus van al men dollartjes verlost (die tien gaan terug naar Paul).
Voor het loketje bij de Thaise douane staat een vreemde kerel zen nek in alle bochten te wringen om toch maar de voorkant van men reispas te bekijken.  
“Oh, een Belg”. Zegt ie.
Een Nederlander, zo kan ik horen.
Trots houdt hij zen paspoort voor men neus.
“Wat moet ik hier nou mee ?” denk ik bij mezelf.
Dan vraagt hij me “sje mjeintjeindreeej, weet jij wat dat wil zeggen ?”
“Ik hou van de koninging”, zeg ik, “daarmee dat het in dat wapenschildje staat”.
“Ik dacht al zoiets” zegt hij.
Pfff, ‘t is toch waar.  Dan had hij maar een serieuze broek aan moeten doen.  Met die vodden altijd rond hun lijf.  Ik kleed me altijd netjes als ik langs de douane of naar een ambassade moet.
Ik hou nu mijn paspoort voor z’n neus en zeg “kijk, bij ons staat het er in het Nederlands op”.
Het is 1 uur.  Al bij al heb ik alles dus kunnen afwerken in twee uurtjes.  Ik ga nog even langs een supermarktje om wat chocomelk en zoute nootjes, wat Bahtjes tanken aan de locale Mister Cash en dan terug naar de pier.
Samen met Paul, Pearl en Shiney neem ik de middagboot terug naar Koh Phayam.  Terug naar men isolement, weg van alles wat niet deugd.

Maandag 28 april 2008: Koh Phayam
De voorbije dagen uitstekend weer gehad.  Beetje gelezen en gezwommen en op tijd en stond iets gegeten en de dorst gelaafd.  Mijn bungalow staat juist buiten het bereik van de wifi.  Ik wandel dus regelmatig naar een andere bungalow om daar even online te gaan.  Zo ook daarnet weer.  Net wanneer ik de laptop neer wil zetten op het terras merk ik de slang op die er komt aan gegleden.
“Paul, Paul !”, roep ik, “kom, een slang !”.
Paul weet meer van slangen dan ik (wat niet moeilijk is).  “Een golden tree snake”, zegt ie.  Het beest zet zen weg verder, kruipt een boom in, en zal daar wel doen wat een slang moet doen denk ik.
Ondertussen zijn de honden en ik onafscheidelijk geworden.
Dat wil zeggen, ik, Coppi en Daisy.  Met Phi Phi en Ton wil ik niets te maken hebben.  Die grommen altijd naar Coppi.  Die laat zich natuurlijk niet doen.
Daisy slaapt altijd buiten op men terras en Coppi naast men bed.
Ik word ‘s ochtends altijd wakker als de zon opkomt, zo rond een uur of zes.  Rond kwart voor zeven ga ik dan met de honden wandelen op het strand en spelen we wat in het water.  Daarna is het tijd voor enkele sit-ups, want ik word hier weer zo vet als iets, en men ontbijt.
De zeldzame keren dat ik al wat langer in men bed blijf liggen heeft Coppi geduld tot half acht, maar dan komt hij toch aan men muskietennet trekken en heb ik geen andere keuze dan op te staan.
Geen probleem, ik lig ook elke avond om negen uur in men bed.
Het is zalig, luisterend naar de zee (wanneer die brulkikkers eens vijf minuten zwijgen), waar ik vaak de maan in zie weerspiegelen vanuit men bed.
‘s Ochtends zie ik de zon opkomen boven de zee vanuit men grote schuifraam of door een van de ramen aan men hoofd.  Alles staat dag en nacht open, zodat ik bijna steeds een fris windje door de bungalow heb.

Woensdag 30 april:  Koh Phayam
Vandaag verjaart Shiney.  Vijf of zes jaar wordt ze, daar bestaat geen zekerheid over.
Er logeert hier ook al een weekje een heel leuk Zwitsers koppel, Pascal en Tatjana.  Ze zijn al anderhalf jaar onderweg.  In India hebben zij ook vier maanden aan hetzelfde strand gebleven.  Ze zouden dat hier ook willen doen, maar spijtig genoeg moeten ze op 7 mei naar huis.
’s Middags maakt Pascal me attent op een kolonne dolfijnen (of is het ‘een school dolfijnen’ ?).
En niet zomaar een stuk of tien he.  Over een lengte van twee- a driehonderd meter zie je de ene dolfijn na de andere uit het water oprijzen.  Het moeten er zeker dertig of veertig zijn, onderweg naar het zuiden.  Hopelijk passeren ze zonder schade al de vissersboten en de netten die ze hier uitzetten.

Donderdag 1 mei 2008: Koh Phayam
Een van de Burmezen die hier werkt komt voorbij men bungalow gelopen en doet teken dat ze een slang hebben.  Ik zie Yaow en Wo inderdaad met iets bezig en ga een kijkje nemen.  Onder de rijf (hark voor de Nederlanders) en een houten paal houden ze een zwarte slang geklemd zie ik.
“Een cobra’ zegt Paul.
Met een stok begeleidt hij de slang naar een nabijgelegen boom.
Inderdaad, een cobra, hij richt zich op en nu kan ik het zien aan zen kop.  Dezelfde als die ik zag in de snakefarm in Bangkok.
Best gevaarlijk naar het schijnt.  Een tijdje terug heeft zo een cobra de pitbull van een vreemde Japanse dame die hier op het eiland woont gebeten, en twintig minuten later was het beest (de hond) zo doet als een pier.
Ik ga vanaf nu toch eens met men voeten stampen als ik men bungalow binnenkom.
Misschien wil ‘Phayam’ wel slang zeggen. ‘Slangeneiland’, het zou logisch zijn.
Straks eens aan Pearl vragen.

Vrijdag 2 mei 2008: Koh Phayam
Opgestaan met regen, en die blijft duren.  Weer wat tijd om te typen dus.
Half april was het hier heel kalm, maar nu zijn toch weer zes van de acht bungalows bezet.  Voornamelijk Duitsers, een Zwitsers koppel en een koppel Belgen uit Jette.  Goe gezelschap dus.  P.P. Land staat (voorlopig) enkel in een Duits reisboek (Stefaan Loose), en niet in de Lonely Planet.  Een droom voor elk resort, zo krijg je enkel “kwaliteitsklanten” binnen, en niet die ….. you know.
‘Phayam’ blijkt ‘proberen’ te betekenen.
Waarschijnlijk hebben ze indertijd lang moeten proberen om hier te geraken of zo, ik weet het ook niet.
Het is echt een leuk eiland.  Weinig toeristen (de meeste resorts zijn gesloten nu) en nog veel natuur.  Ik heb de voorbije weken varanen gezien, massa’s hornbills (neushoornvogels),  kites, zeearenden, ijsvogels, kleurijke salamanders, mooie krabben, vipers en andere slangen natuurlijk, grote wespen, verhuizingen van heelder kolonnes termieten, dolfijnen en natuurlijk de vissen t.h.v. het rif hier voor de deur.  Er blijkt  ook een familie zeeotters rond het eiland te zwerven.  Velen hebben hen al gezien in het riviertje hier naast het restaurant, of in zee, maar ik mis hen om een of andere reden steeds.

Woensdag 7 mei 2008: Koh Phayam
Joehoe !!! Vanochtend heb ik de vier zeeotters gezien.  Coppi, die me tegenwoordig al voor zes uur uit men bed zet, was al een half uur aan het blaffen een beetje verderop.  Samen met Daisy ging ik even poolshoogte nemen.  Zie ik daar vier kopjes boven het water uitsteken in de rivier.  Ik roep Coppi bij me, en zie de vier otters het water uitkomen en door het ondiepe naar de zee rennen.  Steeds naar me kijkend, trekken ze hun bek wijd open om me hun tanden te laten zien, waarbij ze een piepend geluid maken.  Heel knap.

Nargis, de typhoon of cycloon of hoe je het ook noemen wil, is voorbij.  Al bij al hebben we er hier op Koh Phayam niet veel last van gehad.  Twee weken terug blies het veel harder.  Ik lees dat er in Burma al 22.000 doden zouden zijn.  Dan moet het erg zijn als ze dat toegeven.  De tol zal in werkelijkheid wel veel hoger liggen.  Wie is er daar in godsnaam geregistreerd ?  En de lichamen verbranden ze zo snel mogelijk, dus wie houdt de tel bij ?
Erg voor de Birmezen.  Ook het Birmese personeel hier is er van onder de indruk.
Ik zit hier aan de ‘achterkant’ van het eiland, met zicht op de bergen in Thailand.  Achter me, hier op het eiland, is ook een serieuze berg, die ons redelijk beschut voor de wind, en ook voor de tsunami moest die er ooit (binnen een paar honderd jaar) nog eens komen.
Ik had een tijdje terug een vlucht terug naar Europa geboekt op 12 juni, met het idee deze zomer eens via Zwitserland en Oostenrijk naar Tsjechie, Slowakije en Polen te fietsen.  Maar naarmate die dag dichterbij komt begon de insomnia weer toe te slaan, zweetaanvallen, paniek, nachtmerries e.d.
Ik heb juist een mailtje naar de luchtvaartmaatschappij gestuurd met de vraag mijn vlucht voorlopig maar even te cancellen.

S6009219

Donderdag 8 mei 2008: Koh Phayam
Zo, de kogel is door de tempel.  Na wat e-mail verkeer met de luchtvaartmaatschappij, en wat extra sponsering van hun bankrekening heb ik men vlucht naar het Europese continent kunnen achteruitzetten.
In buurland Burma wordt de tragedie groter en groter.  Momenteel schat men dat het dodental kan oplopen naar 100.000.  Een miljoen mensen zou dakloos zijn en tot 2,4 miljoen mensen zit te wachten op voedselhulp.  De  mensen drinken voorlopig kokosnoten leeg bij gebrek aan drinkbaar water.
De hulpverleners zitten vast in Bangkok, want ze moeten eerst een visumpje hebben.  Dan is het wel duidelijk dat ze niet welkom zijn.  Indien dat stempeltje echt zo belangrijk is, dan konden ze eergisteravond al wel iemand in de ambassade zetten naast de stempel en het stempelkussentje; die paspoorten daar binnenbrengen en vijf minuten later zou iedereen een visum hebben.
Indien de regering dus hulp zou willen …..
Coppi zat om 5u35 aan men tenen te lekken.  Hier dient opgetreden te worden.

Dinsdag 13 mei 2008: Koh Phayam
Het regent hier al dagen aan een stuk.  De monsoon is nu echt wel los gebarsten.  Gisteravond kregen we opnieuw een zware storm over ons heen.  De kokosnootboom naast men bungalow is omgewaaid en, gelukkig voor mij, naast en niet op mijn bungalow gevallen.
In Burma schiet het ondertussen ook niet op met de hulpverlening hoor ik hier.
Waar zitten die landjes nu die overal de democratie gaan installeren ?  Nu kunnen ze twee vliegen in een klap hebben als ze willen.  Miljoenen mensen helpen en die debielen die het daar voor het zeggen hebben verdrijven.
Maar goed, democratie en hulpverlening zullen niet altijd en overal dezelfde prioriteit hebben.
Wat als zo’n Burmees eens naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens zou stappen en in een klap alle ….. “democratische” landen zou aanklagen wegens het niet verlenen van hulp aan mensen in nood ?
Dan hebben ze in dat “Hof” ook eens een keer iets nuttig te doen.
Het moet enorm frustrerend voor die mensen zijn.  Eerst alle moed bij mekaar rapen om in opstand te komen tegen de militaire regering, als wanhoopspoging om de aandacht van de wereld te vragen.  Nu dit erbovenop en …. er gebeurt niets.
De debielen aan de macht zeggen simpelweg “jullie komen er niet in”, en wij staan erbij en kijken ernaar…..
Waarom droppen ze niet een paar militairen uit een vliegtuig die de luchthaven overnemen en zorgen dat alle hulpgoederen en hulpverleners het land in kunnen ?
Die Burmezen zullen de rest van de wereld (terecht) wel een stelletje lafaards en leeglopers vinden.
Zelf doe ik er ook niets aan natuurlijk, maar is dit niet de taak van onze ‘democratisch’ verkozen leiders en clubjes als UN en weet ik veel wat nog allemaal ?
Probleem blijft natuurlijk wat er te gebeuren staat als de militairen weg zijn.  Al die verschillende stammen die hun onafhankelijkheid willen.
Pfffffff.

S6009231

S6009232

Zondag 18 mei 2008: Koh Phayam
Reeds een paar dagen is het alweer schitterend weer hier.
Dat was na de …… dinges …. hoe heet dat ?  Wervelwind ?  Tornado ?
Zoals in de film ‘Ttwister’.
Die ging heel mooi voorbij, en dan over Koh Chang, hier voor de kust.
Heel knap, een donkergrijze spiraal die naar beneden gaat, en het water dat je kwee-ni-hoe hoog de lucht in gezogen ziet worden.
Ik ga nog steeds elke ochtend om zes uur met de honden wandelen.  Vandaag is het echter inpakken geblazen.
Daisy is echt een super kleverre hond.  Ik lig regelmatig wel wat te rommelen in men kamer, maar blijkbaar beseft ze dat ik inpak en ze bolt het koudweg af.
Al men boeken zijn uit, dus herlees ik vandaag enkele fragment uit ‘De Perfecte Koppijn’ van H. Brusselmans.  Blijft wereldklasse.
Ik verneem via de website van de gazet van ‘t Stad dat Oliver Kahn voorgoed afscheid genomen heeft van het voetbal.  Ik pink een traantje weg.  Weer een icoon weg.  Gelukkig hebben we de Ryan Giggs nog, die blijkbaar een of ander record in Manchester geëvenaard of verbroken heeft..

Maandag 19 mei 2008:  Koh Phayam – Ranong – Bangkok
Na bijna tweeënhalve maand verlaat ik men paradijsje.  Als ik daar maar geen spijt van krijg.  Nu, ik moet zowizo terug komen om een groot deel van men spullen op te pikken.
Daisy heeft zich niet meer laten zien.  Coppi was wel present om (voorlopig) afscheid te nemen, en Paul neemt hem nog even mee op zen brommer tot aan de pier.
Rond half elf komt de boot aan in Ranong.  Men bus naar Bangkok vertrekt echter pas om acht uur vanavond.  Ik besluit in tussentijd de Ranongse economie maar een flinke injectie te geven.  Vlakbij de pier is een winkeltje waar ik in november al een voetbalshortje kocht, waarin ik op dit eigenste moment rondloop.  Ik kies een nieuwe uit; een witte.  Met blauw en oranje streep, voorwaar niet mis.  Deze gebruik ik tijdens het fietsen om over men koersbroek aan te doen.  Discretie, discretie.  Haasip baht zegt de beste man.  Vijftig baht, dat is enen euro, voorwaar een puike prijs.  Tussen de voetbaltruitjes ontdek ik tussen alle Engelse club shirtjes ook een rood (?) truitje van Brazilie.  Vrij neutraal, en voor amper zeventig baht veranderd het om 10.54 uur van eigenaar.  Men koophonger is nu echt niet meer te stillen.  Ik koop nog een gewoon katoenen t-shirtje (om me mee in de shoppingcentra van Bangkok te vertonen) en een paar flip flopkes.  Voor driehonderdtwintig bahtjes ben ik gesteld, en den brave mens rondt het spontaan naa r beneden af.  Ziet ge nu wel dat ge hier niet altijd moet liggen zeveren om een juiste prijs te krijgen.

Bij het binnenrijden van Ranong passeer ik een fietsenwinkel waar ik gelijk twee nieuwe banden laat monteren en een nieuw setje remblokjes en een toeter van Hello Kitty koop.  Dat gaan de kindertjes onderweg vast reuze interessant vinden als ik daarin knijp.
Hoog tijd om me met de Bangkok Post op een terras te gooien na al deze uitspattingen zo laat in de voormiddag.
Het blijkt vandaag Visakha Bucha dag te zijn.  Dit is de dag waarop de Buddha geboren, verlicht en gestorven is volgens de gazet (de volle maan van de zesde maanmaand).  Bovendien zou deze dag door de charlatans van de Verenigde Naties  erkend zijn als een ‘internationale feestdag’.
Hebde gullie in België congé vandaag ???

De zesenzestig Birmezen die levend uit die container zijn gekomen half april worden vandaag hier in Ranong terug naar hun land gestuurd.  Mensenrechtenorganisaties hadden de Thaise overheid gevraagd om hen te behandelen als slachtoffers van mensenhandel, en niet gewoon als illegale immigranten.  Ook vroegen ze om de overlevenden voorlopig toe te staan in Thailand te blijven zodat ze gerechtelijke stappen zouden kunnen ondernemen.
De Thaise overheid (die dikke maatjes is met die gangsters die het in Burma voor het zeggen hebben) heeft gezegd dat ze hun kl…. kunnen kussen.
Een paar dagen geleden las ik dat Europa de Louis Michel naar Burma gestuurd heeft.  Ik vermoed zonder success.  Niets persoonlijks, maar ik hoopte stilletjes dat ie het daar voor de verandering nog eens aan zennen tikker zou krijgen, zodat hij eens van dichtbij kennis kon maken met de Birmaanse gezondheidszorg.  Wie weet kwam er dan schot in de zaak (right…).
Maar nog vele malen groter was mijn verbazing enkele dagen later.  Luc Beaucourt die naar Burma komt ????  Euh ….. Humor van het allerlaagste peil of is dat serieus ?  Is dat het grote geschut dat uit Europa naar hier komt ?
Luc Beaucourt ?
Ik heb die vent ooit eens ontmoet toen ik mij nog onmisbaar maakte in de haven van Antwerpen.  Bij een brandje in een schip kwam hij zich moeien.  Waar hij vooral mee bezig was, was ervoor te zorgen dat hij zelf ten allen tijde op veilige afstand bleef.
Wat gaat die in Burma doen ?  Uit de wind staan ?
In godsnaam, we zijn tweeënhalve week verder ondertussen.
Waarom geeft de ‘UN’ niet onmiddellijk na zo’n ramp een ultimatum van bv … zes uur aan die regering ?  “Binnen dit en zes uur arriveren de eerste vliegtuigen.  Wij willen alle landingsbanen vrij hebben, en toestemming tot landen, zoniet droppen we eerst een paar honderd militairen uit C-130’s en nemen we het boeltje over.’
Alez …. die debielen van de junta, die weten nu dat ze toch echt wel niets te vrezen hebben van de rest van de wereld.  Die kunnen nog decennia lang doorgaan.  Heel de wereld weet dat daar honderdduizenden mensen creperen, de militairen draaien de deur op slot, en wij staan er bij en kijken ernaar.
Sebiet se, zoals in Ruanda , oh oh oh, genocide !  Schandalig ! Hoe durven ze.  In Hollywood nog een filmke derover maken.  Oh oh oh, hoe is dit ooit kunnen gebeuren ?
Kunnen ze zich opnieuw die vragen stellen.
Pffff, lafaards, hypocrieten, leeglopers.

Weet je wat voor een achterlijken die Thai soms ook wel zijn ?
In Koh Phayam, waar al het werk voor een habbekrats door de Birmezen gedaan wordt, heeft de gemeenteraad een nieuwe wet gestemd eind verleden jaar.  De Birmezen mogen op het eiland niet meer met een brommer rijden, niet meer met de fiets rijden (!), moeten voor acht uur ‘s avonds binnen zijn (avondklok !) en moeten buitenshuis met een kaart rond hun nek lopen waar hun identiteit opstaat (zoals de joden met hun ster, maar die waren dan nog anoniem).
Yep, “Amazing Thailand ”.
Oh, en heb je als Thai ruzie met een Burmees, dan is het dus geen probleem om die op het strand, voor het oog van de toeristen even lekker in elkaar te stampen, een pistool tegen zen kop te houden, en er vervolgens een kogel door jagen.
Yep, “this is Thailand ”.
Vergis je niet (‘Make no mistake about it’ zoals den dubbelyou  zo graag poogt te zeggen), ik ben hier nog enorm graag in Thailand , maar er is hier veel, heeeeel veel niet “in den haak”.

Na een lunch van garnaaltjes met asperges en een portie rijst, vergezelt van de nodige cola’s ga ik maar eens op zoek naar de coiffeur.  Dat deed ik de voorbije zes weken op Koh Phayam ook al regelmatig, maar de enige coiffeuse op het eiland bleek vertrokken, om blijkbaar niet meer terug te komen voor de start het volgende hoogseizoen.
Na een deugdoende hoofdmassage en en knipbeurt ben ik dan uiteindelijk hier in het internetcafe (“Godnet” genaamd ).
Nu weer enkele uurtje stressen.
Mag de fiets mee op de bus, of mag ie niet mee ?
Ik heb ‘m speciaal grondig gekuist, alle smeer van de ketting gewreven, en zoals eerder vermeld, er zelfs nieuwe banden op gelegd.  Ik laat het weten uit Bangkok .

Woensdag 21 mei 2008: Bangkok
De fiets en ikzelf zijn goed en wel aangekomen in Bangkok. Het toeval wil dat ik dezelfde bus crew had als op de heenweg. Toen moeiden ze zich nog met waar en hoe de fiets de bus in zou gaan. Nu wisten ze dat het in orde was, en lieten ze me men gang gaan