Thailand: February 2007

Maandag 22/01/2007: Ubon Ratchathani – Bangkok
Met de nachttrein naar Bangkok is normaal gezien best een aangename manier om er te komen.
Niet als je zware last hebt van de diarree.  Ik haal het niet tot in Bangkok en moet dus gebruik maken van de best wel smerige, Franse wc op de trein.  Nu liggen de Thaise rails niet zo netjes als de Vlaamse en is het dus serieus schokken en van links naar rechts vliegen als je op je hurkjes zit.

Man, man, wat was ik blij toen we aankwamen in Bangkok.  Het was iets na zes uur en nog steeds donker.  Door een ontwakend Bangkok fiets ik van het Hualamphong treinstattion naar Soi Kasemsan.  Ik ga onmiddellijk naar men hotelletje, Wendy House, en maak dankbaar gebruik van de propere faciliteiten.  De kamers zijn ondertussen veel te duur geworden voor wat ze bieden, maar ze zijn nog steeds kraaknet, en je kan er veilig je fiets en materiaal achterlaten.  Ik loop al onmiddellijk de verschrikkelijke “man met de baard” tegen het lijf.  Zij die er ooit waren weten waarover ik het heb.?xml:namespace prefix = “o” ns = “urn:schemas-microsoft-com:office:office” /
Het is een Canadees of een Amerikaan, ik ben het vergeten.  Die vent logeert hier al jaren.  Hij maakt altijd veel teveel lawaai en probeerde ook al een paar keer een gesprek met mij aan te knopen.  “Nou, dat had je gedacht kereltje, niet met mij !”  Ik dacht altijd dat hij hier Engelse les geeft, maar nu blijkt hij een soort priester te zijn.  Je ziet ze hier wel eens als je rondfietst, van die kerken met de meest vreemde namen zoals in Amerika en Canada.  Meestal in bergdorpjes.  Ook op dat vlak lopen die Amerikanen honderden jaren achter op ons.  Zij zijn nu aan hun kruistochten bezig.  Zitten ze die arme bergstammen lasting te vallen en waarschijnlijk en of ander schuldgevoel aan te praten.  De man met de baard loopt ook nog steeds rond met zen teakhouten staf.  Dat ie maar uitkijkt of ….
Ik waag me de  rest van de dag niet verder als de nabijgelegen shoppingcentra waar ik wat airconditioned kan rondstruinen en snel terug naar huis kan “vluchten” telkens dat noodzakelijk blijkt.

S6001292
Ubon Ratchathani

S6001299

Dinsdag 23/01/2007 – Maandag 29/01/2007: Bangkok
De komende dagen doe ik het rustig aan en hang wat rond in Bangkok.  Veel lekker eten, een boekje lezen in het Lumphini park, etc …  Op zesentwintig januari arriveert men vader en samen zullen we drie weken wat rondtrekken door het land.  De fiets gaat dus even aan de kant.
We bezoeken de voor de hand liggende toppertjes; het Grand Palace, Wat Phra Kaew, Wat Po, de Temple of Dwan (Wat Arun), de Golden Mount, Loha Prasat, etc… We laten ons met tuk tuks rondvoeren, nemen de skytrain, varen met longtailboats over de brede Chao Phraya Rivier en met kanaalboten over de Klongs.  Ook enkele nieuwe dingen voor mij.  Zo was ik nog nooit naar de Vimanmek Mansion en de Anantasamakhom Trone Hall geweest.  We eten vaak en goed, o.a. in de food corner van het MBK shopping center, bij stalletjes langs de straat en in de restaurantjes.

S6001305

S6001322

S6001330

S6001331

S6001333

S6001352

S6001362

S6001365

S6001368

S6001369

S6001370

S6001375

S6001378

S6001380

S6001389

S6001391

S6001395

S6001397
De voet van de Buddha

S6001414

S6001420

S6001421

S6001423

S6001438

S6001452

S6001483

Dinsdag 30/01/2007 – Donderdag 01/02/2007: Ayutthaya
We verruilen Bangkok vandaag voor het iets noordelijker gelegen Ayutthaya.  Bangkok is trouwens niet de volledige naam van de stad.  De officiele versie is tevens de langste plaatsnaam ter wereld en luidt “Krung Thep Mahanakhon Amon Rattanakosin Mahinthara Ayuthaya Mahadilok Phop Noppharat Ratchathani Burirom Udomratchaniwet Mahasathan Amon Piman Awatan Sathit Sakkathattiya Witsanukam Prasit”.
Koning Rama I gaf de stad haar naam.  Indien je deze zou vertalen naar het Engels zou het ongeveer als volgt klinken: “The city of angels, the great city, the residence of the Emerald Buddha, the impregnable city (of Ayutthaya) of God Indra, the grand capital of the world endowed with nine precious gems, the happy city, abounding in an enormous Royal Palace that resembles the heavenly abode where reigns the reincarnated god, a city given by Indra and built by Vishnukarn”.
Soit, wij dus met de trein naar Ayutthaya, de oude hoofdstad van het land (van 1350 tot1767).  De stad ligt bezaait met oude tempels.  We huren fietsjes voor twee dagen en bezoeken de hele mooie Wat Phanan ChoengWat Phra Mahathat, Wat Phanan Choeng, Wat Monghon Bophit, enz, enz …
Op de derde dag nemen we rust; er zijn er die ons dit voorgedaan hebben.

S6001495

S6001496

S6001504

S6001508

S6001518

S6001523

S6001531

S6001536

S6001561

S6001562

S6001563

S6001564

S6001566

S6001568

S6001569

S6001571

S6001572

S6001573

S6001574

S6001575

Vrijdag 02/02/2007 – Dinsdag 06/02/2007: Chiang Mai
Gisteren zijn we rond 22u30 op de nachttrein richting Chiang Mai gesprongen.  Ik heb brute pech.  Vlak naast me ligt een Chinees die alle snurkrecords verbreekt.  Ik maak hem een paar keer wakker maar ik denk niet dat hij het probleem waar ik mee zit snapt.  Het is werkelijk niet normaal, die vind ligt te knorren als een hele varkensstal.  Ik vraag de conducteur om hem te verhuizen, wat hij met enige tegenzin ook doet.  Ook daarna slaap ik niet veel meer.
Met meerdere uren vertraging arriveren we in Chiang Mai rond 16u00.

Ik had op voorhand het BMP guesthouse dat in het Trotter boekje aangeraden wordt vastgelegd.  Ook dat boekje kan je maar beter bij die stapel Lonely Planets in de Mekong keilen. Het is geen spiksplinternieuw guesthouse en als er kakkerlakken rondlopen kan je het wat mij betreft ook niet proper meer noemen.
Erger nog was de massa Israeli’s die er zaten.  Ook in het guesthouse ernaast zat het vol met dat volkje en diegenen die een beetje reiservaring hebben weten dat dit voor slapeloze nachten staat en een hoop ergernis.
We blijven toch twee nachten.  Op zaterdagochtend is het namelijk de jaarlijkse grote bloemenparade, en dus geen moment om te verhuizen.  Het is een beetje als carnaval bij ons.  Een hele stoet wagens rijdt langs de stad, volledig uitgedost met bloemen. Echt spectaculair.  Het festijn wordt verder opgevrolijkt door mensen in traditionele klederdracht en fanfara’s van allerlei scholen in de buurt.
Zaterdagmiddag bezoeken we de belangrijkste tempels in de stad.
Zondag verhuizen we eerst naar het leuke C-House.  We huren een brommertje en rijden naar de Doi Suthep, een berg op een kleine twintig kilometer ten noorden van de stad.  Vlakbij de 1.676 meter hoge top staat de prachtige Wat Phra That Doi Suthep.  Via lange trap van naar verluid een driehondertal treden bereik je de top.  Van het uitzicht op de stad kunnen we niet echt genieten door de nevel die er nu al een paar dagen hangt.  Boven valt echter genoeg te zien.  Thais die eer komen betuigen aan allerlei Buddhabeelden, mooie bloemen en een heel knappe gouden Chedi.
In de namiddag rijdn we verder naar Phra Tamnak Phu, een winterpaleis van de koning met eromheen prachtige tuinen.

S6001916

S6001920

S6001935

Voor maandag hebben we georganiseerde trip geboekt naar de top van de hoogste berg van Thailand, Doi Inthanon.  Op weg naar de top, met een minibusje zoals alle andere luie toeristen, stoppen we bij enkele mooie watervallen.  De enige kans op een klein beetje fysieke arbeid is daar naar de top klimmen (via een in de rotsen uitgehouwen stenen trap, extreem wordt het hier niet).  Op het hoogste punt van Thailand, 2.565 meter, is het 9,5 C.  De extremen voor vandaag waren van -1 tot + 10 C.
Vlakbij de top staan twee chedi’s gebouwd door de Thai Royal Air Force naar aanleiding van de zestigste verjaardag van de koning en de koningin.
De eerste is de Phra Maha Dhatu Nabha Metaneedol, gebouwd in 1987 voor de verjaardag van de koning.  De tweede is de NabhapolBhumisiri, gebouwd in 1992 voor de koningin.

S6001946

S6001955

S6001965

S6001972

S6001997

Woensdag 07/02/2007 – Donderdag 08/02/2007: Pai

Met een minibusje (…) rijden we naar het bergdorpje Pai, ten noordwesten van Chiang Mai.  De eerste 30 kilometer of zo zouden niet leuk zijn om te fietsen.  Eens je de afslag richting Pai hebt genomen wordt het veel interessanter.  Na ongeveer 70 km zijn er op de rechterkant hot springs en campeermogelijkheden, leuk voor de fietser.  Met het minibusje arriveer je een kleine vier uur na vertrek in het 130 km verderop gelegen Pai.  Spijtig genoeg hangt die nevel nog steeds in de bergen en missen we dus veel van het uitzicht.  Tot hier fietsen zou een pittig tochtje zijn.  De klimmetjes lijken vrij steil.  Het lijkt natuurlijk altijd erger vanuit de bus dan eens je lekker zelf op je fietsje zit.
Pai zelf is een regelrechte ramp.  Een backpackersdorp vol Jezusfiguren die de bal volledig mis slaan.  Op hun blote voeten, gehuld in lompen trekken ze door de straten.  Dit heeft niets met je inleven in de locale cultuur te maken.  Een Thai loopt niet op zen blote voeten door de straten.  Nog minder gaat hij met diezelfde smerige voeten liggend aan een tafeltje eten, onderwijl die smerige poten recht in het gezicht van het serveusje duwend.
Dat is nu eens iets wat een Thai nooit zou doen.  Dat loopt hier arrogant te wezen en zondigt tegen alle regels.  Een Thai loopt er netjes bij als hij het zich kan permitteren en houdt in elk geval zen poten naar beneden.
We huren een brommertje en gaan op verkenning in de omgeving.  Over extreem slechte en steile weggetjes gaan we op zoek naar watervalletjes en verborgen temples en rijden we langs olifantenkampen.

Vrijdag 09/02/2007: Chiang Mai
We nemen terug het minibusje naar Chiang Mai.  Oorspronkelijk wilden we eerst verder naar Mao hong Son, maar eens je daar bent is het of acht uur terug met de bus naar Chiang Mai om vervolgens twaalf uur op de trein te gaan zitten richting Bangkok, of vandaar rechtstreeks in veertien uur met de bus naar Bangkok.
In plaats daarvan genieten we van ons leuk guesthouseje in Chiang Mai, en nemen we morgen de bus richting Sukhothai, reeds halverwege richting Bangkok.

Zaterdag 10/02/2007 – Maandag 12/02/2007: Sukhothai
Vijf uurtjes duurt het met de bus van Chiang Mai naar de oude tempelstad Sukhothai.  Ik boek een kamer in het TR-guesthouse waar ik in 2004 al sliep.  De uitbater komt ons aan het busstation afhalen (wat ben je toch hulpeloos zonder eigen vervoer).  We hebben geluk want juist vandaag gaat er een festival van start.  Ze vieren de moeder van de oude koning die het Thaise schrift introduceerde.  Er is een grote avondmarkt; iets wat veel weg heeft van een Vlaamse kermis met gebraden worsten, buskes gooien en een braderij.
Op zondag huren we een fietsje en bezoeken we de belangrijkste temples van het 15 km verderop gelegen oud-Sukhothai.  Opnieuw prachtig mooie exemplaartjes.
Maandag bezoeken we nog wat temples buiten de stadsmuren en een groot park aan de andere kant van de stad.  Dit valt een beetje tegen; het is slecht onderhouden.

S6002078

S6002083

S6002091

S6002093

S6002094
Onze bus 🙂

S6002101

S6002105

S6002110

S6002112

S6002118

S6002133

S6002155

S6002156

S6002161

S6002162

S6002167

S6002169

S6002170

S6002171

S6002195

S6002196

S6002208

S6002216

S6002221

Dinsdag 13/02/07 – Donderdag 15/02/2007: Bangkok
De laatste dagen voor men vader in Bangkok vullen we met het kopen van wat souvenirs, een boel dingen die ik voor mezelf in orde moet brengen en met lekker gaan eten.  We willen ook een keer de Bayoke – toren op, maar we doen dit juist op Valentijn.  Deze avond hebben ze een “aangepaste” prijs van 500 Baht om enkel nog maar naar boven te gaan, dan heb je nog niet gegeten.  Het zal waarschijnlijk ook super-druk zijn nu.  Ik zal het wel een ander keertje doen.

Vrijdag 16/02/2007 – Zaterdag 17/02/2007: Pattaya
Ik wil toch even weg uit de warme stad en besluit om nog maar eens op de bus richting Pattaya te springen, altijd lachen, en je ligt toch binnen de 2,5 uur op het strand.
De heenweg verloopt nog aanvaardbaar, op die snurker de bank naast me na.
Pattaya blijft hetzelfde gekkenhuis; je moet het toch eens gezien hebben hoor.  Wat vaak vergeten wordt in alle clichés over deze badplaats is dat je er overheerlijk kan eten langs het water.  En ze hebben grote boekenwinkels.  En het Big – C shoppingcenter met cinemazaal. Ik ga naar “Adrift” kijken.  Wat een slechte film.

Zondag 18/02/2007: Bangkok
Met de bus terug naar Bangkok.  Man, man, man.  Ben ik nu verschrikkelijk associaal, of scheelt er iets met de rest van de wereldbevolking ?  Ik lijk steeds minder en minder te kunnen co-existeren met men soortgenoten.  Op de bus zat naast me een Thai die zonder overdrijven drie kwartier op monotone wijze tegen zen gsm aan het praten is geweest.  Ik verdenk hem ervan dat het ding niet eens aanstond.  Schuin achter me zit een Amerikaan met groot lawaai die met iedereen contact zoekt.  “I’m from Tenessee!” Ja, en dan ?  Hij blijkt ook te weten hoe het er hier allemaal aan toegat.  Denkt ie.  Achter me dan zit een joenk ventje met rasta-haar.  Niets op tegen hoor.  Wel dat ie het eerste half uur van de rit op een rietje zit te zuigen.  In een leeg flesje.  Een rotlawaai maakt het.  Oplawaai kan ie krijgen als ie niet uitkijkt.  Naast hem zit een jonge Zweed.  De Amerikaan en de Rasta, die “British” blijkt te zijn overladen hem met goede raad.  Goed fout ja.  Al wat ze zeggen klopt niet.  Zo zou je volgens het met de Metro naar Khao San road kunnen (not), kan je zo vaak als je wilt je visum gaan vernieuwen aan de Cambodiaanse grens (not), zou Chiang Mai ontzettend duur zijn (not), etc, etc …  De Amerikaan vertelt dat hij in Phuket woont.  Hij is vanachtond vroeg met de bus uit Bangkok naar Pattaya gereden voor een business-meeting.  In zen shortje en zen witte sokken; daar zal wat besproken zijn.
Schuin voor me zit een kruising tussen Freddie Willockx en Frank Dingenen.  Hij had zen kont al in men gezicht geduwd op zoek naar de juiste stoel, en na een paar minuten ligt ie ontzettend luid te snurken.  Waarom lijken snurkers steeds zo makkelijk te kunnen slapen ?  Helemaal nerveus word ik op deze bus.
Schuin voor me zit een kale vent met een veel te grote zwarte zonnebril voortdurend achterom te kijken.  Het zweet druipt af zen vette smoel.  Ik durf te wedden dat zen hele lijf volgetekend staat met van die Wodie Wodpeckertjes.
De enige normale mensen in men buurt zijn de oudere man met pet die juist voor me zit en zich ook doodergert aan die Freddie Dingenen, en de Thaise dame met braaf slapend (in stilte !) kleinkind op de bank naast me.
Totaal gestresseerd arriveer ik in Bangkok.
Ik vlucht weg van de bus, de trappen op naar de skytrain.  Daar kan je op vertrouwen in Bangkok.  Slechts enkele minuten later zoef ik enkele meters boven het verkeer richting Siam Square en National Stadium.  Naar beneden de trap af wandel ik het kleine straatje Soi kassemsan 1 in.  Wie loop ik daar bijna letterlijk tegen het lijf ?
De man met de baard ! Aaghrrrrrr.
Wendy House was volgeboekt, dus ik trek in bij de buren van White Lodge.
‘s Avonds wilde ik naar het Chinese nieuwjaar gaan, maar eerst nog ven een stukje gaan eten in het Food Centre van de MBK.  In dit Food Centre alleen al zou ik een week op verlof kunnen komen.  Ik neem de roltrap een verdiepje hoger en stel vast dat ze binnen een klein uurtje “Babel” draaien, de nieuwste van brad Pitt.  Die kerel staat normaal wel garant voor een beetje kwaliteit, dus ik laat me verleiden.
Wanneer je een ticketje koopt voor de cinema in Thailand kan je gelijk je plaats vastleggen in de zaal.  Geen gedrum dus zoals bij ons.  Op een scherm genummerd van A1 tot A16, b1 tot, enz …. kan je aanduiden waar je wilt zitten.
Ik zie op een stoel twee kruisjes staamn en vraag het dametje aan het loket wat dat te betekenen heeft.  Dat weet zij me ook niet zo ineens te vertellen, maar ze is zo vriendelijk er een verantwoordelijke bij te roepen.  Aha, “for wheelchair Sir”.  Oke, geef mij dan maar de C8, naast die kruisjes.  Het zou moeten lukken dat er iemand met een rolstoel komt denk ik bij mezelf, en zo zit ik toch al aan een kant gerust.
Wanneer ik een half uurtje later men plaats inneem blijkt op de C7 gewoon een stoel mee vastgemaakt in de rij te staan.  Je zal er maar weeral toekomen met je rolstoeltje.  We betuigen ons respect aan de Koning en dan kan het geweld losbarsten.
“Babel” is zo een film waarvan je na een klein uurtje denkt “waar gaat dat hier nu in feite over ?”
Na de film uitgezeten te hebben kan ik zeggen “over niets; een flauw verhaaltje dat een twaalfjarige uit zen duim had kunnen zuigen”.  Tegenvallertje Brad.
Het ding duurt dan nog eens veel te lang ook.  Ik ga naar men bedje i.p.v. naar Chinatown.
Desalniettemin, welkom in het jaar van het varken.

Maandag 19/02/2007: Bangkok – Aranyaprathet (trein)
Ik neem de trein vanuit het Hualumphon station richting Aranyaprathet om 13u05.
Met een uurtje vertraging arriveren we in Aran om 18u45.  De lucht zag er heel dreigend uit, maar er zijn slechts enkele druppels gevallen.  Ik logeer opnieuw in het leuke Market Motel, met dat zwembadje.

S6002258